MARK OLSON - TOOGENBLIK HAREN – 11/06/2010



Artiest info
 
Myspace  

TOOGENBLIK HAREN
11/06/10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Mark,  welkom in België. Ik las dat toen je hoorde dat Ryko Records je een contract aanbood om je nieuwe album “Many Colored Kite” uit te brengen, je als het ware danste van plezier?

Je zou voor minder. Het is tegenwoordig niet eenvoudig om iemand te vinden die je plaat wil uitbrengen. Ik dank die mensen dan ook voor hun vertrouwen. Het album kwam eigenlijk tot stand terwijl ik op tournee was in Europa en de basis ervan werd gelegd door Ingunn Ringgold, mijn vriendin, producer Beau Raymond en mezelf. We probeerden de kosten zo laag mogelijk te houden en namen de nummers op in kleine studio’s in Portland, wat ook zorgde voor een diversiteit  van muzikanten en bijhorende klanken. Ik had wat geld opzij gelegd dat ik overhield van de tournees die ik deed de laatste jaren, niet het grote geld, maar toch een investering die genoeg is om wat nerveus van te worden. De rest van de kosten werden gedragen door ingenieurproducer Beau Raymond. We namen ieder de helft voor onze rekening. Ergens namen we wel een risico natuurlijk. Ik had al platen in eigen beheer uitgebracht met The Creekdippers, maar ik wilde al die rompslomp niet meer aan mijn hoofd. Zelfs dan moet je nog twee, drie mensen hebben die fulltime met de zaak bezig zijn. Als de opnames gedaan waren stuurden we copies van de plaat naar zoveel mogelijk mensen in de business, want ondanks men mij kent van contracten met firma’s van mijn vorig werk, telt dit blijkbaar niet als referentie. Ik was dus maar al te blij dat Ryko voor mijn werk te vinden was en dat ik me nu volop kan focussen op mijn muziek.


Nochtans zou je denken dat na je fantastisch album “Salvation Blues” de platenmaatschappijen voor je in de rij zouden staan.

Nee, dat is niet zo. “Salvation Blues” werd uitgegeven op een klein platenlabel en ondanks dat de het album enorm goed kritieken kreeg, hadden we na de “Salvation Blues Tour” een gevoel van, ja, dit was het dan, hier sta ik opnieuw op zoek naar nieuwe optredens om mijn brood te verdienen . Spectaculair was de verkoop niet. Nochtans kwamen mensen die me al jaren kennen zoals een club in Duitsland waar ik jaar na jaar optrad vanaf het prille begin van The Creekdippers, toen ik met Buddy en Judy Miller en Victoria Williams op ronde ging, me overenthousiast vertellen: Mark dit is het beste album dat je ooit gemaakt hebt, dit wordt het. Ik heb wel enorm veel plezier beleefd aan die plaat en de bijhorende tournee, maar een nieuwe doorbraak veroorzaakte het niet.

Het laatste jaar was heel druk voor je. Je nam samen met Gary Louris het album “Ready For The Flood” op, je schreef liner notes bij de heruitgave op cd van de eerste plaat van The Jayhawks, “The Bunkhouse Tapes”, je werkte aan je nieuwe album “Many Colored Kite” en je was bijna constant op tournee.

Ik heb het liever zo dan niets om handen te hebben. Het was een heel fijne periode, eerst op tournee samen met Gary en Ingunn, dan de voorbereidingen op “Many Colored Kite” en mijn hoofd breken over wat ik in die liner notes ging zetten . Dat was niet zo simpel. Over wat moest ik praten? Over het schrijven van onze muziek, over de instrumenten? Ik wist het niet zo goed. Maar in die periode hadden we een heel gekke persoonlijkheid als manager en besloot er anekdotes van hem en de gebeurtenissen binnen de groep in te vermelden. Als ik binnen kort terugkeer naar Mineapolis zie ik hem trouwens terug. Hij is een heel fijne kerel en we hebben een fantastische tijd gehad.

Je hoort op die eerste plaat nog de snelle ritmes van de rockabilly doorklinken, een genre waarin je ooit als bassist je eerste stappen in de muziek zette. Je legde wel een heel divers muzikaal parcours af, van rockabilly naar americana en folk.

Inderdaad, maar dat maakt het juist interessant. Mijn muzikale roots van voor The Jayhawks en voor de rockabilly liggen voor een gedeelte zelfs in België. Na mijn studies stapte ik het vliegtuig op richting Europa en strandde ik in Antwerpen waar ik in de straten ging busken en ’s avonds optrad in het Muziekhuis, samen met andere Ierse en Engelse folkartiesten. Deze periode situeerde zich rond 1982. Ik bleef toen ongeveer drie maanden in Antwerpen, deelde er ’s avonds het podium met andere artiesten en overdag speelden we in de straten. Daar leerde ik veel bij qua gitaar spelen en zingen.


Je nieuwe album “Many Coloured KIte” klinkt heel anders dan “Salvation Blues”. Is er een badzijde in je leven omgedraaid?

Voor mij is elk album een nieuwe uitdaging waar ik nieuwe dingen in kwijt kan. Ik hou van zulke uitdagingen en van het schrijven van songs en hoop telkens van ganser harte dat het opgepikt wordt door de radiostations zodat er mensen zijn die het horen en die het hopelijk bevalt zodat ze het kopen. Dit is het één van de hoofddoelen van elk album plus het feit dat ik ontzettend graag songs schrijf over de dingen die zich in deze wereld afspelen.

Je hebt op “Many Coloured KIte” wel extra veel aandacht geschonken aan de teksten.

Inderdaad, teksten zijn heel belangrijk voor mij. De eerste regel van elke song stamt telkens uit een spontane ingeving die bijhoud. Ik kan het niet van mezelf op te leggen een song af te maken binnen een bepaald tijdsbestek. Ik schrijf ook bijna nooit iets uit, maar blijf alles onthouden en voeg er telkens dingen aan toe.

Op het nieuwe album klinkt je interesse voor Engelse folkmuziek sterk door. Wat trekt je daar specifiek in aan?

Dat omvat veel dingen. Vooreerst bepaalde het de start van mijn muzikale carrière jaren terug in Antwerpen en ook de Bert Jantz en Buffy Saint Mary platen van mijn tante speelde een belangrijke rol. Ik luisterde veel naar de platen van Bob Dylan, maar luisterde eerst naar zijn platen waarop hij elektrische gitaar speelde, vooraleer me te wijden aan zijn akoestische albums. Later verdiepte ik me in de muziek uit de sixties en ook in punkrock. In het begin van mijn muziekjaren was ik niet wild van groepen zoals Led Zeppelin omdat je die gewoon overal hoorde. De punk vond ik veel boeiender en vernieuwend. Ik was gek van groepen zoals The Clash, maar de gitaarstijl die punkers hanteerden lag me helemaal niet. Ik bleef dus wat hangen in die folkmuziek en country, maar net toen kwam ik in contact met een rockband en die zorgden voor mijn elektrische gitaarklanken.

Je speelde technisch misschien te goed om bij de punkers ingelijfd te worden?

Sommige stukken misschien wel, maar er zaten  ook heel goede muzikanten tussen, zoals Paul Westerberg uit Mineapolis.

Je werkte samen met grote producers zoals George Drakoulias. Voor “Many Coloured KIte” verkoos je de samenwerking van Beau Raymond. Wat is zijn bijdrage aan het album?

Hij leverde een heel belangrijke bijdrage. Beau is verantwoordelijk voor de volledige sound van het album. Toen ik samenwerkte met Gary Louris en met The Creekdippers deed iedereen zo een beetje zijn eigen ding. Ik ben niet degene die zegt van dit moet zo of zo. Daarom klinken al mijn albums ook zo verschillend en soms zelfs vreemd. Iedereen die er bij betrokken was deed gewoon zijn ding en bepaalde zelf de klank. Beau nam nu de zaken in handen en mixte alles tot een fantastisch klinkend geheel. Op enkele details na nam hij alles voor zijn rekening. Hij is een heel slimme kerel die vertrouwen uitstraalt en die er van houdt met oude klanken te werken. Hij houdt er ook niet van de zaken muzikaal te overladen. Het nummer “Scholastica” bijvoorbeeld heeft een zware rocksound ondanks dat er maar vier instrumenten inzitten: drums, bas, piano en elektrische gitaar.

Ik vind de combinatie van piano en elektrische gitaar op dat nummer geweldig klinken.

Inderdaad, maar dat is ook omdat iemand anders dan mezelf elektrische gitaar speelt (bulderlach). Nee, ernstig, na twintig jaar gitaar spelen kan ik wel uit de voeten met dat instrument, maar Beau heeft prachtig werk afgeleverd. Hij houdt ook niet van complexe dingen, hij houdt alles liever simpel.
Je gaf je nieuwe album de titel “Many Colored Kite”. Waarom een kite met veel kleuren?
IK schreef die song ongeveer een jaar geleden in Noorwegen. Ik begon tijdens een wandeling in een park Dulcimer te spelen, toen er een vreemde op me afkwam en me allerhande vragen begon te stellen. Ik begon toen na te denken over de diversiteit in deze wereld op gebied van rassen en culturen en besloot er een song over te schrijven. Meestal pik ik een song uit als titel van het album en deze leek me het meest geschikt.
Je opent het album met “LIttle Bird Of Freedom”, aangevuld met de prachtige stem van Jolie Holland.
Zij is een fantastische zangeres. Ik geraakte helemaal in de ban van haar tijdens haar liveoptreden in Portland, tijdens de opnames van “Many Colored Kite”. Ik wilde absoluut dat ze deelnam aan deze plaat.
Je schreef deze song samen met Ingunn, net zoals “Wind And Rain”. Dit moet zeer inspirerend werken zijn?
Zeker, dikwijls zit ik vast tijdens het schrijven van een song, zoals in “Wind And Rain”, en Ingunn is zeer muzikaal, zodat ik maar al te graag op haar hulp reken. Ik ga in de toekomst nog meer op die manier werken. Momenteel werken we eerst beiden onze songs uit, dit keer op twee verschillende plaatsen, één keer in Minnessota en één keer in Californie  en wanneer we dan op een bepaald moment niet verder geraken, kunnen we beroep doen op elkaar. Dit is een heel aangename wisselwerking en tevens een geruststelling wanneer je op iemand anders kan rekenen.

Je hoort duidelijk de West Coast door dit album klinken met The Byrds klinkende gitaren, zoals in “Wind And Rain”.

Heel wat van mijn nummers werden in Californie geschreven. Velen vinden die folkrock sound ouderwets, maar ik vind dit een zeer interessante muziekvorm en hou enorm van dit genre. Ik vind het altijd interessant om verschillende muziekstijlen te mixen. Bij die song dacht ik na over het feit dat iedereen wel een beeld heeft van wat ze hopen of willen zijn in hun leven en ze op een bepaald moment in hun leven realiseren dat het die weg opgaat. Tijdens het maken van dit album keek ik meermaals terug op hetgeen ik in dit leven al gedaan heb. Ook de eerste momenten, wanneer ik pas begon muziek te spelen in Mineapolis en bij mijn moeder passeerde in South Dakota. Dit zijn belangrijke momenten in je leven. Niet dat ik altijd met muziek bezig ben geweest, want ik heb ook andere dingen gedaan. Muziek is echter altijd een constante geweest en is een stuk van mijn leven. Zo is ook mijn werk met The Creepdippers een deel van mijn bestaan. Maar maak je geen illusies. Het is niet zo romantisch als vele mensen denken. Ik ben mijn eigen werkgever en moet dus zien dat er zaad in het bakje komt. Die constante moet er ook zijn, dus probeer ik goede muziek te maken die ook op de radio gedraaid wordt.

Er duiken ook regelmatig verwijzingen naar duiven op in je album. Heb je een speciale band met deze vogels?

Zeker. In de Californische woestijn zitten veel duiven. Er bestaat zelfs een duivenseizoen in september. Je ontwaakt dan ’s morgens in de ochtend en hoort duivenkreten alom. Er worden zelfs teams van jagers ingezet om ze af te schieten, wat ik idioot vind, want het zijn zo’n mooie beestjes die tot aan je voordeur komen als je ze wat eten en drinken geeft. Ik houd van hun gezelschap dat samengaat met die omgeving. ’s Avonds komen ze sierlijk terug binnengevlogen om te overnachten in de bomen rondom mijn huis en dan gonst het van de roekoekoe kreten.

Ook de heilige Scholastica wordt in de Bijbel gesymboliseerd als een duif die terug naar de hemel vloog.

Dat is nog een ander verhaal en houdt geen verband met de BIjbelse historiek. Mijn nicht was van plan in een zusterorde te treden. Ik ging met haar en  mijn tante mee naar het klooster waar ze een afspraak had met de nonnen van die orde. We verbleven er in aparte kloostercellen en er was één non zo’n aangename persoonlijkheid was dat ik besloot een lied aan haar op te dragen. Haar naam was Scholastica. Nee, dat Bijbelse verhaal over haar kende ik niet, maar zo zijn er honderden mooie verhalen in de Bijbel. Ook in de Golf van Mexico speelt zich nu een “mooi verhaal” af dat kompleet uit de hand aan het lopen is. Wat me enorm stoort is het feit dat ze ons de waarheid verzwijgen. Ik heb nog nooit meegemaakt dat men een dergelijk feit zo hard probeert te verbergen voor de buitenwereld. Niemand weet wat de gevolgen zullen zijn op lange termijn , laat staan wat het eindresultaat zal zijn.  De zee is er eigenaardig helemaal bloedrood gekleurd, alsof de natuur bloedt, heel gek.

Nodig je met de titelsong “Many Colored Kite” de mensheid uit toe te treden tot een andere, betere, meer verdraagzame wereld, die alle verschillen uitsluit?

Ja, ik heb altijd de titel van Nick Lowe’s “What’s So Funny About Love, Peace and Understanding” nauw aan mijn hart gedragen. Als ik in de muziekwereld stapte was dit eigenlijk in de periode van de punkrock en werd er onmogelijk gedaan over die zogezegd gekke hippie periode. Maar integendeel,  er werd toen schitterende muziek gemaakt en ook de gedachtewereld van deze mensen beviel me wel. Ik zal bijvoorbeeld nooit scheep gaan met mensen die connecties hebben in de wapenbusiness.

Mijn lievelingslied van het album is het haast symfonisch met strijkers opgevuld en romantisch klinkend “Beehive”. De tekst is echter een mysterie voor mij.

Je doet me denken aan de tijd toen ik Dylan zijn teksten zat te ontrafelen en er niets van begreep. Dit is ook mijn favoriete song van het album en het is wel niet makkelijk om te spelen omdat het gespeeld wordt in een heel bizarre gitaarstemming. Ik vond die metafoor geschikt omdat bijennesten een veel voorkomend fenomeen zijn in onze woestijn, waar er zich bijenkolonies nestelen in een unieke boomsoort van bij ons, de levensboom.  Op een dag kwam ik thuis en hing er zo’n reusachtige bijenzwerm in mijn boom, zodat ik er iets moest mee aanvangen. Ik kreeg al schrik en moest denken aan die Arizona killer bees. Het was indrukwekkend om te zien en die grote bol zat zoemend vol leven. Dit deed me wat denken aan wat ik noem de culturele powerhouses waar de fundamentele religieuzen zich massaal verzamelen. De tekst vergelijkt dit min of meer met die fundamentalistische en extremistische vorm die religies vandaag aannemen in Amerika. Ze doen daar nog erger alsof ze sociaal begaan zijn en mensen op een bepaald niveau willen verder helpen. Ik trok de lijn dan door naar de oorlogen waarin Amerika is verwikkeld en de fundamentalistische Christenen in de US Air Force. Dit is dan religie die uitzwermt tot iets gevaarlijk als zo’n bedreigende bijenzwerm.

Ik las ergens dat je sommige teksten schreef in de schrijfstijl van Bob Marley?

Dat klopt. Ik ben niet diegene die grappige teksten schrijft of de intelligente wil uithangen. Zoiets zit niet in mijn natuur. Ik schrijf meestal dingen over het leven zelf, in de trend van, we zouden willen dat ons leven zo was, maar helaas is het dikwijls het tegendeel. Spijtig genoeg heb ik er ook geen idee van hoe we daar iets kunnen aan veranderen.

Ik zag dat Vashti Bunjan de backing vocals doet op “No Time To Live Without her”. Een vriendin van mij kon haar oren niet geloven dat ze nog leefde.

Stel haar maar gerust, ze leeft nog. Het was Beau Raymond die me haar email adres bezorgde. Hij ontmoette haar tijdens opnames met Devandra Benhart. Ik wilde echt haar stem bij deze song. Ze zong het in nadat ik haar het nummer doorstuurde per computer, maar ze maakte er wel iets heel speciaal van. Ze legde maar liefst vijf lagen van haar stem over elkaar en dat geeft dit nummer iets mysterieus. Ik vind het resultaat gewoon prachtig.

Mark, volgend jaar wordt je vijftig.  Ben je dan iets speciaals van plan?

Ja, ik ga proberen van het wat rustiger aan te doen. Ik heb het de laatste drie vier jaar enorm druk gehad met toeren en albums opnemen. Ik was bijna constant van huis en ik  denk dat als deze plaat en tournee een succes worden ik en Ingunn er samen voor een paar jaar de riem gaan afleggen. We zakken dan zeker eens af naar Europa, want ik ben dol op jullie werelddeel. Hier hoef je tenminste niet voor alles en nog wat in je auto te springen zoals in de States. Je kan nog veel dingen te voet doen, ergens een biertje drinken en echt gezellig rondkuieren. Ik maakte er voor het eerst kennis mee toen ik eenentwintig was en dat heeft me nooit niet meer losgelaten. Dus jullie zullen me zeker terugzien als het zover is.

Mark, ik wens jou en Ingunn veel succes toe en ik ben zeer benieuwd hoe de nieuwe nummers live, dadelijk op het gezellige podium van Toogenblik gaan klinken. Hartelijk dank voor dit fijne gesprek.

Blowfish