JANUARI 2007 - FEBRUARI 2007 - MAART 2007 - APRIL 2007 - MEI 2007
SAM BAKER - PRETTY WORLD
JOHN DOE - A YEAR IN THE WILDERNESS
HERMAN MATTHEWS - HOME AT LAST
BRAM RIDDLEBARGER & THE WAILIN ' ELROYS - ON THE BUM
JASON LEE WILSON - HIGH COUNTRY
WILLY CLAY BAND - WILLY CLAY BAND
THE BORDERERS AND THE ROUGH DIAMONDS - A TIME FOR CHANGE
KEVIN HEMPHILL & THE NIGHTBIRDS - LIVE AT THE FLIPSIDE
LES GENERALS JACK - SMALL TALK SPACE MESSAGE
JOHN PINAMONTI - URBANE MYTH (LIVE AT SUNNY'S)
SAM
BAKER
PRETTY WORLD
Website : www.sambakermusic.com
myspace.com
Label : Eigen Beheer / binnenkort Reckless Records
Info : info@sambakermusic.com
Foto
cdbaby.com
Story's a very important thing," Baker says. "I'm a sucker for stories."
Mooi,
het leven is mooi ... maar een twintig jaren geleden was de wereld een ware
verschrikking voor de in Itasca, Dallas geboren en getogen Sam Baker. Een terroristische
bomaanslag in Peru kostte hem bijna het leven, de revalidatie nam een hele tijd
in beslag en het heeft, letterlijk en figuurlijk, bloed, zweet en tranen gekost
om de singer/songwriter die de dood in de ogen zag terug in de maatschappij
te verwelkomen. (His femoral artery and vein were both cut by shrapnel. "I
should have bled out right there," he says.I couldn't walk, my left hand
was really chopped up, I was deaf on one side and partially deaf on the other,"
he says. "I couldn't live a physical life." After an eight-hour emergency
surgery in Cuzo, Peru, he endured 17 reconstructive surgeries in Texas, most
at Memorial Hermann Hospital in Houston.). Het album "Mercy"
dat in 2004 verscheen en vooral het wereldwijde succes ervan hebben ongetwijfeld
een heilzame invloed gehad op de singer/songwriter die ondermeer van ondergetekende
een plaatsje in de top 3 van "Best Albums of 2005" mocht ontvangen
(zie jaarlijsten). Destijds in het leuke gezelschap van ondermeer Jimmy Lafave
en the Half Knots zou het ons niet verbazen moest Sam Baker met de schitterende
opvolger "Pretty World" opnieuw de strijd aangaan met vermelde heren
want ook "Cimarron Manifesto" en "Color Them Blue" gaan
ongetwijfeld hoog eindigen in 2007. Bovendien ligt er met de nieuwe in aantocht
zijnde albums van Richard Stooksbury, Mike Maves, Glenna Bell nog meer schoon
volk op de loer om hun succes van 2005 te evenaren. De Austin Texas troubadour
Sam Baker deed voor het album "Pretty World" opnieuw een beroep op
Walt Wilkins (acoustic gt, vocals), Mike Daly (pedal steel, slide gt), Tim Lorsch
(violin, mandolin), Ron DeLaVega (bass, cello) en Mickey Grimm (drums &
percussie) en liet ditmaal ondermeer Bill Mc Dermott (pump organ, electric gt
& engineer), Joel Guzman (accordion), Lloyd Maines (pedal steel, resophonic
gt), Fats Kaplan (accordion), Gurf Morlix (vocals, electric gt) - zie foto -
het trio Marcia Ramirez, Britt Savage, Dave Raines (vocals) opdraven om deze
"Pretty World" een nog mooiere aanschijn te bezorgen. En of het gelukt
is ... Jongens, jongens toch en girls uiteraard, voor de nieuwkomers onder ons
zal het nog eventjes wennen zijn aan dat wat grauwe, groezelige stemmetje maar
de habitués in het singer/songerwriterswereldje zullen ongetwijfeld beamen
dat Sam Baker zich met dit album op dezelfde hoogte hijst van John Prine, James
Mc Murtry, Woody Guthrie, Guy Clark, Bob Dylan, Jimmy Lafave en de reincarnatie
blijkt te zijn van Townes Van Zandt. Het verhaaltje over een oude man die in
een hoerentent al zingend op zijn dood zit/ligt te wachten "Juarez, a song
to himself, waiting round to die"), het relaas van een ongelukkige jeugd,
twee op de klippen gelopen huwelijken, een relatie die tot mislukken gedoemd
is ("Orphan" met een leuk gekozen fragmentje uit "She sings low,
sweet Chariot, she's coming for to carry me home") en de wijze waarop Baker
bijna onovertrefbaar een gokverslaafd dametje beschrijft in "Slots"
laten er geen gras overgroeien... De "pretty world, pretty roses, pretty
smile morning light, pretty eyes lazy curls" is nog niet voor morgen. Het
fils à 'daddy in the money' verhaaltje "Odessa" met het schitterend
verweven "Hard Times Comes Again no More" maakt duidelijk dat ook
in 2007 de macht van het geld een rechtvaardige wereld en justitie nog steeds
in ruime mate beïnvloedt. Het "Sweetly Undone, slowly undress"
mag dan de wereld iets rooskleuriger en 'lichtjes' erotischer maken, de keuze
tussen truth & lies in "Psychic" plaatsen ons meteen terug met
beide voeten in de realiteit. De tranen rollen over de wangen bij het ontroerende
en uit -het-leven-gegrepen "Boxes" ("There are valentine cards,
some flowers carefuly dried, I love you is written inside") en het autbiografische
"Broken Fingers" is "hartverscheurend" mooi maar tevens
erg realistisch. "Pretty World" is een meesterwerkje en al dekt de
titel niet altijd de lading ... de afsluiter "these December days, the
shortest of the year, how beautiful they are "...in een Spaans jasje gestoken
laten de wereld toch iets vreedzamer schijnen.
JOHN DOE
A YEAR IN THE WILDERNESS
Website: www.theejohndoe.com
www.xtheband.com/doe.html
Label : Yep Roc Records
www.yeproc.com
Distr.: Munich Records
www.munichrecords.com
X
was een semi-legendarische punkband uit LA. John Doe (eigenlijk John Duchac)
speelde in die band bas. Nooit wat van die band gehoord overigens. Wel van John
Doe. Zijn solo debuut "Meet John Doe" (vernoemd naar de film van Frank
Capra) was een waar briljantje. Met punkrock heeft deze plaat echter niets te
maken, met Americana des te meer. Toch is John Doe niet de zoveelste punkrocker
die de Ryan Adams-kant opgaat. John Doe heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld
als een cultfiguur. Naast zijn muzikale carrière richtte hij zich namelijk
ook op een bestaan als schrijver en acteur. Doorbreken zal hij dus wel nooit,
maar dat ligt niet aan de kwaliteit van zijn output. Zijn eerste album "Meet
John Doe" uit 1991 is een echte mijlpaal en valt nauwelijks te verbeteren,
daarna volgde een aantal soloplaten, waarin Doe experimenteerde met loops en
elektronica, hetgeen niet echt goed uitpakte. Zijn laatste albums "Dim
Stars, Bright Lights" (2003) en "Forever Hasn't Happened Yet"
(2005) - zijn debuut voor het Yep Roc Records label - laten beiden veelal ingetogen
nummers horen in een moderne mix van blues en country die zeer de moeite waard
zijn. Van punkband X weten we dat Doe’s stem uitstekend gedijt in een
duet-setting, reden waarom hij zich op deze albums laat bijstaan door aardig
wat bekende namen waarbij vooral de harmonieën van Juliana Hatfield, Aimee
Mann en Jakob Dylan de nummers boven de middelmoot uittillen op het album "Dim
Stars, Bright Lights" en op de opvolger mochten Dave Alvin, Grant Lee Phillips,
Neko Case en Kristin Hersh fungeren. Als u weet dat Doe voor zijn nieuwe album
"A Year In The Wilderness" opnieuw zorgde voor een indrukwekkende
gastenlijst met oa: Dave Alvin, Kathleen Edwards, Dan Auerbach, Aimee Mann,
Jill Sobule en Greg Leisz dan weet u meteen wat u te wachten staat. Niet dat
zijn sound wezenlijk verandert, maar naast zijn songs die steeds van hoge kwaliteit
blijven en bijzonder prettig wegluisteren laat Doe geen geheim van zijn liefde
voor de country, maar ook dat hij zijn wortels in de stevige rockmuziek geenszins
vergeten is. Voor de gastvocalen zorgen dit keer niemand minder dan Aimee Mann,
Jill Sobule en de zo bejubelde Kathleen Edwards, die haar stem zo prachtig de
uitstekende stem van Doe bijkleurt, horen we in "The Golden State",
"A Little More Time" en "Lean Out Yr Window", misschien
wel de hoogtepunten van deze plaat. Maar de rest mag er ook zijn, zoals het
nummer "Hotel Ghost", waarin Doe’s oude maatje Dave Alvin een
knallende solo weggeeft. Kortweg : "A Year In The Wilderness" levert
fraaie melodieën en dito songs die aanspreken door de wisselwerking tussen
de weemoedige ballads en de midtempo rockers, meteen voor John Doe ook zijn
derde prachtplaat in nog geen vijf jaar tijd. Er zijn er niet veel die dat hem
nadoen.
HERMAN MATTHEWS
HOME AT LAST
Website: www.hermanmatthews.com
E-mail: herman@hermanmatthews.com
Label: Doc Huck-A-Buck Music.
cdbaby.com
Hij
drumt vanaf zijn zevende, speelde op zijn elfde al optredens bij de bluesband
van zijn oom en op latere leeftijd kwamen dan de optredens met acts als Richard
Marx, Kenny Loggins en Tower Of Power, bij wie hij ook op 2 CD's meespeelde
en momenteel is hij drummer bij deze band, die Tom Jones begeleiden op zijn
huidige tournee. Geboren werd Herman in Houston, Texas en sinds 1988 woont hij
in Los Angeles. Zijn eerste grote tournee kwam er als drummer van jazz artiest
Kirk Whalum, daarna volgden Bob James, Stevie Wonder, Isley Brothers, George
Duke en Meredith Brooks om er maar een paar te noemen. Maar naast al dat sessie
en begeleidingswerk wou Herman zijn eigen muziek maken en die is er nu, "Home
At Last". Als je enkele jaren drummer van Tower Of Power was, dan kan 't
moeilijk anders of je solo album als drummer bevat een grote portie funk. Natuurlijk
is dit ook zo, maar er is meer, want funk heb je natuurlijk in alle soorten,
je hebt de strakke moderne jazzy funk zoals in "Junk In The Trunk"
dat doet denken aan Tower of Power en George Duke, maar ook funky blues als
"Hold On You" met lekkere slide gitaren en sexy soulvolle backingvocals
van The Hermanators. Of het relaxte "Cup Of Sugar", de gospel invloeden
in het mooie "We Are Heaven", met mooie pedal steel interventie van
de bekende Dean Parks. "I Am A Drummer From Texas" doet even terugdenken
aan de "Last Poets" die in de jaren 70 met hun politiek beladen gedichten
declameerden tegen Afrikaanse ritmes op de achtergrond, zo is ook dit nummer,
maar zonder de politieke rassenthemas. "Not Another Lover" is funk
zoals die gemaakt werd op het Hi-label door Al Green, met knappe blazers. Herman
is naast drummer ook een behoorlijk zanger, en het vermelden waard is zeker
de opnamekwaliteit van de ganse cd, want die is werkelijk uitstekend en kristalhelder.
Pure New Orleans funk weet Herman ons te brengen in "I Got A Home"
met extraatjes als banjo, klarinet en trompetten, de "Mardi Gras"
sfeer kan je niet beter weten in te blikken. Gek tussendoortje is "Chop
That Barbecue" waar hij en zijn kinderen met alleen hun stemmen een korte
meeneem - barbecue bestelling doorgeven en Herman voor de percussie zorgt met
zijn stembanden in plaats van het drumstel. Fun in the studio. De voorlaatste
song, titelsong "Home At Last" brengt de sfeer van de oude slavenliederen
zoals ze op de plantages gezongen werden. Deze cd toont ons hoe een drummer,
die normaal een beetje vergeten op de achtergrond werkt, ons een uiterst boeiende
CD kan brengen, vol met eigen geschreven materiaal, knappe composities en sterk
gebracht. Je zou haast vergeten te vermelden dat Herman Matthews een superdrummer
is die de kunst verstaat om een strakke beat als basis te leggen, zonder de
aandacht naar zich toe te trekken, een grote kwaliteit als je als begeleider
werkt, en des te meer op je eigen solodebuut. Dus geen angst, dit is geen cd
vol drumsolos, want die zul je nergens vinden, wel een mix van funk, soul en
wat blues.
(RON)
BRAM
RIDDLEBARGER & THE WAILIN ' ELROYS
ON THE BUM
Website : myspace.com
Label : Rhythm Bomb Records
www.rhythmbomb.com
Info : cdbaby.com
Bram
Riddlebarger is voor de meesten onder ons ontegensprekelijk verbonden met het
juke-joint-hillbilly bandje The
Wailin Elroy's dat met "Cheap Motel", "Route 33" enkele
prima albums in huis heeft (zie www.rhythmbomb.com).
Maar de man die de schoolbanken verliet met "a degree in creative writing
from the Ohio University" bracht de rockabilly/hillbilly fans ook in vervoering
als drummer van the Dragline Brothers (ex Redtails), en verdeelt momenteel zijn
drukke muzikale aktiviteiten met zijn one-man-band (Bram Riddlebarger &
His Lonesome Band), als lid van Zeb Dewar, the Heartlanders, en met upright
bass player Tim Peacock kom je hem ook wel eens tegen als the Lonesome Two bij
Woody Pines. Met het album "On the Bum" wordt er een einde gemaakt
aan de succesvolle Wailin' Elroys periode die het trio uit Athens, Ohio zelfs
naar het Sjock festival in Belgie bracht. Riddlebarger, "preacher"
Zeb Dewar, Justin Rayner en Johnny Borchard doen het in stijl, de twaalf eigen
songs en twee covers ("It's the Law"- Mike Ness en "Just Because"
- Bob Shelton) laten dan wel de doodsklokken luiden over hun verdere bestaan,
van een dodenmars is er heus geen sprake. Integendeel, Bram Riddlebarger zorgt
met zijn vertrouwde nasaal geluidje er voor dat de fans van Wayne "the
Train" Hancock en de Hank Williams familie een erg geslaagd feestje bouwen
dat wel eens kon uitlopen tot in de vroege uurtjes. Producer en duivel-doet-al
Axel Praefcke wist alles in goede banen te leiden in de Lightning Record studio's
(Berlijn) en serveert met "On the Bum" een waardig afscheid. Mooie
liedjes duren blijkbaar nooit niet lang maar wij zullen ongetwijfeld Bram Riddlebarger
nog vaak tegenkomen in het hillbilly/rockabilly/roots wereldje.
JASON
LEE WILSON
HIGH COUNTRY
Website:cdbaby.com
Label : Rhythm Bomb Records
www.rhythmbomb.com
cdbaby.com
Het blijkt een heuse zoektocht te zijn om wat info over Jason Lee Wilson te
vergaren ... wij gaan er vanuit dat hij vroeger deel uitmaakte van the Cumberland
Runners, een bandje uit de omgeving van new Nashville dat in 1998 onder
de doopvont werd gehouden en in 2004 met het album "Music to Haul By"
("180 Proof Rockabilly from the Cumberland Pltaeau") een leuke indruk
liet. Blijkbaar is er een einde gekomen aan die samenwerking en bewandelt Jason
Lee Wilson nu het solopad dat hem, zoals zovelen hem in het verleden voordeden,
naar de Lightning Record studio's in Berlijn bracht. Opgewacht en in de armen
gesloten door het Rhythm & Bombs meubilair Ike Stoye (bongo's percussie),
Axel Praefcke (lead gt & producer), Michael Kirscht (lead gt), Markus Lehmann
(bass) en Torsten Peukert (drums) kroop Wilson in de pen voor een zestiental
songs die, hoe kan het anders, zich voornamelijk afspelen in het "High
Country" en rockabilly gebeuren. "Home is where the hearts is ...
my heart's in the high country" en als je dezelfde mening deelt zit je
op rozen met dit album. "Minin' Coal", "Nothing New With Pain",
"I Lied", "Gulf of Dispear" en "Wah-Yah-Tsi" horen
thuis in dat zeemzoete wereldje en doen de meiden verlangen naar de ridder (cowboy)
op het witte paard ("Someday He'll Take you home"). Met "the
Ballad of Johnnie Walker" dat verwijst naar de Cumberland Runners ("they
say Cumberland runners run straight to the grave"), "Highway 9"
(Dawsonville) en "Henry the Hammer" kan deze rockabilly "Dog
like Me" beter uit de voeten. "Sittin in the Station" wachtend
op de trein naar Oostende (tsjoek tsjoek) ... de zomer komt er aan ....oh ja
"I Lied Alone" lijkt erg verdacht op een hitje van Dwight Yoakam ....
WILLY
CLAY BAND
EP
Website: www.willyclayband.se
Label : Blackstone Records
Info: Belmont Bookings
www.belmontbookings.nl
www.myspace.com/willyclayband
Onze
chef Freddy Celis nam de honneurs waar om het album "Rebecca
Drive" van de Zweedse Willy Clay band de hemel in te prijzen. Ondertussen
zijn Tony Björkenvall (vocals, guitar, mandolin), Björn Petterson
(vocals, bass), Reine Tuoremaa (vocals, acoustic gt), Örjan Mäki (guitar,
lap steel, dobro) en Frederik Elenius (cocktail drums) uitgegroeid tot de belangrijkste
vertegenwoordigers van het Americana / rootsgebeuren in de Scandinavische landen.
Inderdaad Scandicana van prima kwaliteit en de band mag ondermeer "Whispering"
Bob Harris (Uk's legendary DJ, BBC Radio) tot één van hun grootste
fans rekenen. Onze vriend Loudon Temple (Maverick Magazine) beschouwdt the Willy
Clay Band als "one of the classiest things to come out of Sweden since
Greta Garbo" en Phil Edwards (Americana UK) kwam tot de heuglijke vaststelling
dat Zweden naast Abba, Ikea en Volvo ook met the Willy Clay Band over erg sterke
troeven beschikt. Met andere woorden ... de Engelsen zijn er zot van en om het
feestje compleet te maken brengen de jongens een Ep'tje op de markt dat de talrijke
fans warm moet maken voor de uitgebreide "zomertoernee" door Schotland,
Engeland en Wales. Bovendien staan de jongens opnieuw geboekt als afsluiter
op het jaarlijkse Darvel Music Festival dat doorgaat op 3 Oktober. Het is een
leuk hebbedingetje geworden met ondermeer live versies van "All My Tears"
(Julie Miller) en "Long May You Run" (Neil Young), een schitterende
akoestische versie van "Soldier" (harmony vocals van Tine Valand,
Somebody's Darling), met "The Miner" een nieuw pareltje in huis heeft
dat Buddy Miller groen doet zien van jaloezie en dat Bob Harris het andere nieuwkomertje
"Hollow" regelmatig in de etalage plaatst zal wel geen toeval zijn.
Hoog tijd dat Bas Flenneman (Belmont Bookings) dit bandje eens naar de Lage
Landen laat overkomen!
THE
BORDERERS AND THE ROUGH DIAMONDS
A TIME FOR CHANGE
Website: www.theborderers.com.au
www.sonicbids.com/theborderers2
Email: info@theborderers.com.au
Label: Celtic Records
Info: Jim Paterson
dal57376@bigpond.net.au
cdbaby.com
Kent
iemand nog een programma uit de 60er jaren, de Borderers? Ging over geknok tussen
Schotten en Engelsen? ... Maar de The BordererS staat ook voor een Schotse/
Ierse/Australische band die bestaat uit Jim Paterson (akoest.gt., mandolin &
vocals), Alex (vocals, penny whistle & bodhran), Steve Fleming (bas en viool),
Jon Emry (drums) en Richard Tankard (keyboards). De band die gevormd is in 1994,
vond hun sound door te luisteren naar Bruce Springsteen's "Seeger Sessions"
en zijn nu reeds aan hun achtste cd toe, die de naam "A Time for Change"
meekreeg en waarop ze nogmaals bewijzen dat ze een sterke, energieke versie
van bluegrass brengen die het genre wel weer eens een paar stappen verder zou
kunnen brengen. Want naast bluegrass horen we ook invloeden uit dixieland jazz,
zydeco en celtic muziek. "A Time for Change" klinkt niet zo roekeloos
energiek als de schitterende voorgangers, maar is zeker zo sterk. "A Time
for Change" is wat ingehoudener, wat subtieler, maar zeker niet minder
stevig. In het eerste nummer laten ze meteen al horen dat ze aan de basis vasthouden,
op dit nummer "Higher Ground", horen we tevens Serena Ryder als gastvocaliste.
Geen muziek die je traditioneel zou kunnen noemen hier, ook niet als ze een
klassieker als "Hallelujah" van Leonard Cohen nieuw leven inblazen.
Dat nummer wordt hier op een mooie pittige manier de eenentwintigste eeuw binnengesleurd.
De politieke kant van The BordererS, die op eerdere platen nogal uitgesproken
was ligt hier wat meer onder de oppervlakte, maar komt net zo duidelijk over
in songs als "Love is the Answer" en "A Song of Hope". Het
is al met al een wat melancholieker album geworden, met werkelijk schitterende
arrangementen. En ook de bekende traditional "Galway Shawl" wordt
hier een echt BordererS-nummer. De overige tien eigen nummers zijn overigens
even sterk. Zowel Jim als Alex zijn sterke zangers, en ook de samenzang klinkt
altijd fantastisch. Een meesterwerkje, dat bovendien, zoals zo vaak bij echt
goede muziek, bij elke draaibeurt beter lijkt te worden.
KEVIN
HEMPHILL & THE NIGHTBIRDS
LIVE AT THE FLIPSIDE
Website: www.thenightbirdsband.com
Label: Eigen beheer
www.cdbaby.com
Wat begon als een power bluestrio is ondertussen uitgegroeid tot een vijfmansformatie. Kevin Hemphill uit North Carolina hoorde eind jaren negentig SRV en was ogenblikkelijk definitief verpacht aan de Texaanse powerblues van Stevie. Nu heb ik daar helemaal geen problemen mee, en heb reeds verschillende SRV addepten mogen beluisteren en bespreken, maar de meesten doen er wat mee en brengen nummers geinspireerd door Stevie's gitaarwerk, zodat we toch nog wat nieuws horen. Kevin echter speelt gewoon de covers zo getrouw mogelijk, en hij heeft goed geluisterd en speelt behoorlijk gitaar, maar wie zit er nog te wachten op identieke versies van "Pride & Joy", "Mary Had A Little Lamb", "Voodoo Chile", "Texas Flood", "Tightrope"en "The Sky Is Crying", dan kan je net zo goed "The Best Of SRV" opzetten. Komt daarbij nog dat er ook nog 2 covers van Z.Z Top en twee van C.C.R. op deze live cd staan, en daarbij nog "Sweet Home Alabama" en "Got My Mojo Working", dan begrijp je wat er mis is met deze, overigens goed gespeelde cd. Platgespeelde nummers in volledig voorspelbare versies. Hadden deze jongens gekozen voor iets minder bekende covers, indien ze geen eigen materiaal kunnen brengen, en de nummers een klein beetje een eigen inbreng gegeven hadden, dan had deze bespreking er heel anders kunnen uitzien, nu is het enige wat ik kan schrijven over deze "Live at the Flipside": goeie coverband voor uw dansfeestjes! De verroeste gasmeter op de hoes is een beetje symbolisch: dit zijn niet de manne die de gas doen branne!
LES
GENERALS JACK
SMALL TALK SPACE MESSAGE
Website: www.lesgeneralsjack.be
general-in4dee@lesgeneralsjack.be
/ nijsdavy@pi.be
Label: Naked Productions
www.nakedproductions.be
/ info@nakedproductions.be
Distr.: Bertus / www.bertus.nl
Okee,
ik geef toe dat we er wat laat mee zijn, maar een Belgische release terug onder
het voetlicht brengen kan nooit kwaad, en Naked Productions verdient zeker die
aandacht voor hun goeie werk aangaande Belgische bluesproducties. Zo is dit
eerder verschenen debuut van Les Generals Jack een zeer origineel album geworden.
Het trio:Toon Derison (El Fish), Bart Ieven (Buttnaked) en Mark Bodart (Harvey
Lee/Temple Bellona) die met hun eersteling "Small Talk Space Message"
het begrip"bluesband" in de ruimste zin van het woord nemen. Allerlei
invloeden zijn in hun bluesbasis vermengd: rock, funk, wat reggae. Mijn favoriete
song op deze schijf is "Mean Old Mambo", waarop een naakte slidegitaar
zich helemaal zich door de aparte vocals wringt, maar da's persoonlijk, want
zij die me kennen weten dat een goeie slide van mij onmiddelijk een bank vooruit
mag! Ook mooi is "Honest Man", dat drijft op een hypnotiserende baslijn.
Ook in "Tiger" is het de slide die de aandacht trekt. "Packed
up my things" heeft dan weer veel van een bluesy Manu Chao door zijn reggae
invloeden, die Manu Chao invloed blijft door de ganse cd regelmatig terugkomen,
maar is op deze song en op "Long way Home" 't sterkst. "Seven
Four" met zijn aanstekelijk boogieritme is ook een song die je na een paar
beluisteringen nog moeilijk van je af kan schudden. De funky instrumentale afsluiter
"Raising Sun" laat ons tenslotte nog eens horen dat deze band een
veelbelovende start had. Wij wachten op een opvolger, want het is erg stil rond
deze band momenteel.
(RON)
JOHN
PINAMONTI
URBANE MYTH (LIVE AT SUNNY'S)
Website : www.pinamonti.com
www.myspace.com/pinamonti
Info: john@pinamonti.com
Label : Eigen Beheer / Binnenkort bij CD Baby.
Great storytelling and solid songs combined with outstanding performances = Roots music at it's finest.
"They
say the best way to record a live album is to get your band on the road for
a while, gett all the material worked out and tight, then turn the mics on and
let 'ER rip." ... John Pinamonti hield het veel eenvoudiger, de opnames
vonden plaats in hun thuishaven (The Sunny Bar, Red Hook, Brooklyn) en blijkbaar
kostte het niet veel moeite ... the bar was ready, the people were ready, the
special guests were ready, combine all that with a full moon ... en het album
"Urbane Myth", Live at Sunny's is een feit. Gekozen werd er voor een
typische JP set, voornamelijk eigen materiaal in combinatie met enkele zorgvuldig
uitgekozen covers als daar zijn ... "Pastures of Plenty" (Woody Guthrie),
Townes Van Zandt's "Loretta", Leonard Cohen's erg toepasselijke "Tonight
Will Be Fine", "Legend in my Time" (Don Gibson), Paul Westerberg's
"Swingin' Party" en misschien wel 'de' vreemde eend in de bijt ..."Havanna
Affair" van the Ramones! Pinamonti kon rekenen op de vertrouwde steun van
Rod Hohl (electric gt, harmony vocals) en Charlie Shaw (drums), en liet naast
John Abbey (bas) vooral Josh Roy Brown schitteren op de lap steel gitaar. Voor
de bonustrack "Boots on the Ground" haalt Pinamonti zijn smoelschuivertje
voor het dag/nacht licht en de schitterende weliswaar korte afsluiter "May"
bevestigt waarom Pinamonti destijds met het album "JP3"
op de goedkeurende blikken mocht rekenen van de Euro Americana Chart reporters.
"For those of you who have never heard us "live", or been to
Sunny'sn here's a chance to experience both. For those of you who have asked
for what you've heard at our gigs ... Here you go!