OKTOBER 2007 - NOVEMBER 2007 - DECEMBER 2007
JANUARI 2008 - FEBRUARI 2008 - MAART 2008
THE CLAYTON SABINE BAND - THE CLAYTON SABINE BAND
SOPHIE BORGEAUD - THE BEST OF LOVE
JOAO GASPAR - CAMALEAO CARIOCA
DIONNE WARWICK - IN CONCERT (DVD)
JAMES AND WEST - JAMES AND WEST
HUNGRYTOWN - HUNGRYTOWN
MATHIJS LEEUWIS - COMPLETE RECORDED WORKS IN CHRONOLOGICAL ORDER 2007
DAVE BRUBECK - INDIAN SUMMER
CAPUTO - A FONDNESS FOR HOMETOWN SCARS
BRADEN LAND - DIRT
THE
CLAYTON SABINE BAND
Website Contact
Label : Eigen Beheer
CD-Baby
Zanger en gitarist Clayton
Sabine is de drijvende kracht achter deze vijfmansgroep uit Brattleboro, Vermont,
USA. Hij is verantwoordelijk voor het schrijven van teksten en muziek voor de
songs die wij hier op hun debuutalbum kunnen horen. Die nummers zijn variërend
van krachtige popsongs tot intieme ballads en bevatten af en toe een humoristische
kwinkslag en vooral een behoorlijk grote portie emotionele pathos. Muzikale
invloeden komen uit de wereld van de rock, folk en popmuziek. Clayton Sabine
heeft gedurende het voorbije decennium vooral opgetreden in New England, eerst
als solo-artiest en later als lid van het akoestisch vocale trio “Relative
Strangers” en nu dus als frontman van deze originele folkrockgroep. Het
geluid van deze band maakt de songs veel voller en de bredere instrumentatie
komt de liedjes stuk voor stuk ten goede, vooral ook door de uitstekende songarrangementen.
Begonnen wordt met “Just The Right Thing”, een knappe rocksong met
dito verhaal. Clayton Sabine heeft een intrigerend stemgeluid, dat wordt meteen
duidelijk in de eerste liedjes op de plaat. Hij klinkt een beetje als Eddie
Vedder van Pearl Jam in de rustigere songs. Zo zijn de ballads “Craftsman”
en “Golden” moderne popsongs die erg hedendaags klinken ondanks
hun traditionele opbouw. “Slow Down” bevat wat meer gitaarsound
maar ook een heel mooi cello-intermezzo van gastmuzikante Sabine Rhyne. De mooiste
song volgens onze bescheiden maar o zo deskundige (sic) mening is “Nashville”,
knap van constructie en muzikaliteit en uiterst vakkundig gezongen. Hartzeer
en zielepijn troef in het intrieste “Not That Song”. Dit soort tragische
en melodramatische liedjes is toch wel overduidelijk het handelsmerk bij uitstek
van Clayton Sabine. Leuk is echter ook dat zo’n droevig liedje meteen
gevolgd wordt door het rockende en grappige “Phony”. Nog gauw een
laatste keer het diepste binnenste bloot leggen in het nummer “Written
In The Sand” en we zijn al toegekomen aan het einde van deze veel te korte
cd. Maar we zijn ervan overtuigd dat we niet al te lang zullen moeten wachten
op nieuwe nummers + cd van deze veelbelovende artiest.
(valsam)
SOPHIE
BORGEAUD
THE BEST OF LOVE
Myspace
Label: Baronne Productions
CDbaby
Op
het festival Cognac Blues Passions 2007 was zij een revelatie, toen zij met
haar sensuele jazzy stem haar eigen interpretatie van de blues bracht. Men loofde
haar om haar originele benadering van bluesy songs, zoals zij een brug wist
te zingen tussen de oude en nieuwe jazzstijlen. Op deze cd van dertig minuten
hoor je waarom de Franstalige Sophie aldaar zo’n succes was. In tien songs,
die zij zo ‘sweet’ weet te brengen als een gevederd nachtegaaljonkie,
legt zij eigen accenten. Niet alleen voegt zij een ‘Parijse’ laatavond
sfeerschepping toe aan haar eigen songs, maar ook aan deze van Walter Vinson,
Big Joe Williams en BB King. Vooral ‘Born Under A Bad Sign’ van
Albert King met die subtiele ritmische begeleiding is onweerstaanbaar. Zijzelf
lijkt daarentegen wèl onder een gelukkig gesternte geboren te zijn, want
zij groeide op in een muzikale familie die haar stimuleerde. Haar stiefvader
is de componist Pierre Henri en het artistieke zit in haar bloed. In haar beroepsloopbaan
kon je haar horen op de Radio, zowel in Parijs als Tahiti, je kon haar bewonderen
in Theater en Film en haar artikelen lezen in het New Yorks ‘Fortune Magazine’.
Daarnaast zong zij jazz, meestal begeleid door gitaristen. Daarnaast nam zij
het tourmanagement op zich van andere artiesten, zoals o.m. Lou Reed, Rickie
Lee Jones en Harry Belafonte. Maar in deze ‘Best of Love’ lijkt
zij haar bestemming gevonden te hebben als de Frans/Engelse zangeres die op
eigen vrouwelijke wijze bluesstandards laat herleven. Met een stem zo zacht
als honing weeft zij sfeer rond haar songs, waarvan zij de helft zelf creëerde
samen met Jean Marc Pernon. Deze muziekschrijver/arrangeur en multi-instrumentalist,
geboren te Agen, weet met fijne toets de melodielijnen en zang van Sophie te
omringen. Als jazzgitarist is hij beïnvloed door Wes Montgomery, maar in
zijn arrangementen hoor je ook invloeden van Afro-Amerikaanse bluesgitaristen
en van klassieke muziek. Hij bepaalt grotendeels dat bekoorlijk swingeffect
dat af en toe aan Sophie’s omfloerste zang wordt toegevoegd. Voor Sophie
is blues een gevoel, waar je je het best in laat meedrijven. En inderdaad je
hebt zin om je neer te vleien en je te koesteren in die ‘lounge’
zangerigheid van de talentvolle Sophie, die ik wel eens graag in een kaarsverlichte
club zou beluisteren en dan liefst in het gezelschap van Jean Marc Pernon.
Marcie
JOAO
GASPAR
CAMALEAO CARIOCA
Website Contact
Label: Eigen beheer
VIDEO 1 VIDEO
2
Hij is een beetje
een buitenbeentje in ons Rootstime aanbod, deze Joao Gaspar, een gitarist die
alle soorten snareninstrumenten bespeelt. Op het hoesje staat hij midden tussen
10 elektrische gitaren, 3 akoestische, een banjo, een lapsteel, een mandoline,
een dobro, een luit en nog wat tropische spullen waarvan ik de naam niet zo
direct uit het hoofd weet. Hij werd geboren in Rio de Janeiro, Brazillië,
en dat hoor je aan zijn muziek: instrumentale jazzy, meestal zonnige dingen,
met sterke Braziliaanse muzikale culturele invloeden. Hij is een virtuoos op
de snaren en op dit debuut etaleert hij dat wonderwel. Het is zijn eerste eigen
cd, maar de samenwerking met andere artiesten heeft wel een aardig lijstje opgeleverd.
Gewoon te veel om op te noemen, en bovendien zeggen al die Braziliaanse namen
ons natuurlijk weinig. Hij gebruikt de kleurklanken van zijn instrumenten als
een schilder de kleuren van zijn palet en stelt hiermee mooie sfeervolle klankschilderijtjes
samen die het zonnige karakter van zijn thuisland mooi weergeven. Soms poëtisch,
zoals in “O Côco Do Cöco”, waar zelfs een oosters sfeertje
opgeroepen wordt. Overal wordt ook gebruik gemaakt van die typische vrouwenkoortjes
die vele Braziliaanse jazzcd’s dat zomers sfeertje geven, zoals bij Airto
Moreira, Flora Purim en Pat Metheny. Natuurlijk steken ook hier en daar de samba
en bossa ritmes voorzichtig het hoofd op, en wordt de sfeer versterkt door voorzichtig
gebruikte sfeergeluiden als kabbelend water, regen en tropische vogels in de
intro’s, maar bovenal blijft Joao een jazz gitarist, die mooie sfeertjes
weet op te bouwen met zijn gitaar. “Buscapé” is zo een van
die prachtige werkjes die zich situëren op het randgebied van jazz, new
age en worldmusic. Regelmatig herinnert me deze cd aan het meesterwerkje van
de jaren zeventig “Elegant Gypsy” van Al Di Meola, al hebben de
flamenco invloeden van toen, hier plaatsgemaakt voor Braziliaanse ritmes. “Blueseando”
is zoals de titel al laat vermoeden, een nummer dat meer fusion blues invloeden
vertoont, niet moeilijk dus dat dit ook meteen mijn favoriete song geworden
is, een prachtnummer waar verschillende gitaarsounds en stijlen moeiteloos in
elkaar overgaan. Ook liefhebbers van het “betere geluid” gaan bij
deze cd hun hart kunnen ophalen, want de geluidskwaliteit is verbluffend. In
“DDA” voert de funk de hoofdtoon, tempowisselingen, mooie passages
met sax en een lekker huppelende, dansende bas maken dit nummer weer even anders,
maar Joao’s gitaar gaat tegen het eind weer even in “overdrive”.
Al is dan de muziek wat technischer dan we het hier gewoon zijn, toch zit elke
instumental op deze cd boordevol sfeer, en hoor je dat dit allemaal topmuzikanten
zijn. Het dromerige “Choro Invisivel” is de prima soundtrack voor
een namiddag op een verlaten strand ergens in de omgeving van Sao Paulo of Ipanema,
een prachtig bossa ritme draagt deze song. Samenvattend: “Camaleao Carioca”
is een mooi instrumentaal vistekaartje van deze virtuoze jazzgitarist uit Rio,
die ik nog regelmatig zal draaien, vooral in de late uurtjes.
(RON)
DIONNE
WARWICK
IN CONCERT (DVD)
Website http://www.dionnewarwick.info/
Label: ZYX Myspace
De
afgelopen jaren is het werk van de vermaarde soulzangeres Dionne Warwick (geboren
in 1940 in East Orange, New Jersey) in tal van vormen uitgebracht. Zo zijn er
vele compilaties op de markt. Sommige zijn gewijd aan een bepaalde periode uit
haar muzikale loopbaan, andere vormen een dwarsdoorsnede uit haar imposante
oeuvre. Kan bij sommige artiesten hiermee makkelijk worden volstaan, een grootheid
als Dionne Warwick verdient het dat haar complete werk, noot voor noot, voor
latere generaties toegankelijk wordt. Maar ook hierin is inmiddels ruimschoots
voorzien. Is hier dan inmiddels sprake van verzadiging bij de liefhebber? Toch
nog niet, want onze diva, die in het verleden vijf Grammy Award won, en best
bekend is voor haar vijftigtal hits in de periode 1955-1999, gaf tijdens het
Syracuse Jazz festival 2003 een mooi optreden weg, waarvan de opnamen van deze
show nu bijeengebracht zijn op 'In Concert". Een DVD waarvan de liedjes
zich bewegen zich tussen soul, blues, gospel en pop, elk gezongen met een bezieling
die haar wortels onmiskenbaar in de gospelmuziek heeft. Natuurlijk begon ook
Dionne Warrick in het koor van de plaatselijke kerk. Later zou zij met haar
zus Dee Dee en haar tante Cissy Houston (moeder van Whitney) een trio vormen
en samen verzorgden zij achtergrondvocalen bij opnamen van The Shirelles en
The Drifters. Via dit werk kwam zij in contact met de toen nog onbekende componisten
Burt Bacharach en Hal David. Ze begon eerst met het inzingen van demo's voor
dit duo en kort daarna schreven zij voor haar "Don't Make Me Over"
(dat Bacharach & David schreven na een ruzie met Warwick, die eigenlijk
"Make It Easy On Yourself" wilde zingen). De single verscheen op Scepter
- en haar naam was fout geschreven: Dionne Warrick werd toen Dionne Warwick!
De track werd een hit en een gouden combinatie was geboren. In de loop der jaren
zouden Bacharach & David nog vele songs voor haar schrijven, waarvan een
groot aantal hoog in de hitlijsten zouden komen. In 1971 zou Warwick Scepter
en Bacharach & David verlaten en na een paar nummers voor Warner koos ze
in 1979 voor Arista, dat haar weer in de frontlinie bracht, met de succesvolle
single: "I'll Never Love This Way Again", geschreven door Barry Manilow.
Het bijbehorende album, "Dionne", was haar eerste platina album. Voor
het album kreeg ze haar derde Grammy. In 1982 werkte ze samen met the Bee Gees
voor het album "Heartbreaker". De titeltrack werd eveneens een wereldwijde
hit. Toch zijn de opnamen die zij in de jaren '60 maakte voor Scepter ongeëvenaard.
Een ander Grammy kreeg ze in 1985 voor het nummer "That’s What Friends
Are For", een nummer dat ze samen met Gladys Knight, Elton John en Stevie
Wonder uitbracht ten behoeve van de American Foundation for Aids Research. De
daaropvolgende jaren bracht ze slechts enkele middelmatig verkopende albums
uit, en geen hitsingles meer. Op haar nieuwe DVD staan achttien songs, waarvan
het merendeel uit Scepter-opnamen bestaat. All-Time-Classics zoals "Close
To You", " Don't Make Me Over", " Walk On By", "Anyone
Who Had A Heart", "You'll Never Get To Heaven", "House Is
Not A Home", "I'll Never Fall In Love Again", "Message To
Michael", "This Girl's In Love With You" en "I Say A Little
Prayer For You". Allemaal songs van de hand van het illustere duo, Bacharach
& David. Warwick had mede dankzij de producer, pianist en arrangeur Burt
Bacharach een geheel eigen stijl ontwikkeld die een mix was van rhythm &
blues en sophisticated pop. Maar het is toch ook vooral dankzij de stem van
Warwick dat het een genot is om naar deze DVD te kijken en te luisteren. Luister
verder bijvoorbeeld maar eens naar "Heart Breaker" of de medley "Corcovado
- Waters Of March - Aquarela Do Brazil", dan weet u meteen dat elke noot
die ontsnapt aan haar gezegende keel het waard is om gehoord te worden. Niet
eerder hebben deze songs zo krachtig, zo doorleefd geklonken. Deze DVD wordt
waardig besloten met "That's What Friends Are For", natuurlijk van
Bacharach & David. Iedereen die nog niets van deze unieke zangeres in huis
heeft, doet zichzelf een groot plezier met deze prachtige DVD.
JAMES
AND WEST
Website - Label : Eigen Beheer
CD-Baby
“James
And West” is een viermansformatie uit Huntington Beach, Californië
bestaande uit Darrin James (vocals, guitar), Billy West (bas), Russell Richards
(lead guitar) & Christopher Bright (drums) die met dit titelloze ep-tje
wat publiciteit voor hun muziek proberen te verwerven. De groep werd pas onlangs
opgericht eind 2006 en ze brachten eerder al een mini-disc uit onder de naam
400 Feet Ahead. Richards en Bright zijn twee nieuwe leden van deze formatie
en zij voegen een nieuwe dimensie toe aan de muziek die James And West proberen
te brengen. De groep beweegt zich in het populaire alternatieve rock en alt.
countrycircuit en brengt op deze ep 5 nieuwe songs die diverse onderwerpen willen
behandelen, gaande van persoonlijke ervaringen tot hun mening over het politieke
gebeuren in hun thuisland. “Drivin’ Blind” is een typische
roadsong en nodigt uit tot meezingen. “Worthy Of Your Contempt”
begint met scheurende gitaren en toont de bluesinvloeden aan waaraan de groep
blijkbaar ook wat onderhevig is geweest. Met nummer 3 “Out Of Sight”
wordt meer gekozen voor een rustige ballad volgens het concept van de singer-songwriter
zoals we dat we kennen van mensen als Wilco en Ryan Adams. “Three Faces”
is een moderne popsong die wat voller klinkt door een uitgebreidere instrumentatie
en afsluiter “As The Sunset Slowly Slipped Away” zou op een album
van één of andere populaire Britse popgroep kunnen terug te vinden
zijn. James And West bewijst in amper enkele songs dat ze helemaal klaar zijn
voor het grotere werk, bijvoorbeeld voor het uitbrengen van een eerste full-cd
die wij te zijner tijd ook graag bij Rootstime willen beluisteren en bespreken.
(valsam)
HUNGRYTOWN
Website Contact
Label: Listen Here! Records
Info: Musemix Contact
CD-Baby
Rebecca
Hall en Ken Anderson, beter bekend als Hungrytown, hebben reeds meer dan 14
jaar een persoonlijke en professionele relatie. Vanuit hun woonplaats in Southern
Vermont doorkruisen ze Amerika in hun Blue Meanie (een milieuvriendelijke camper
die dienst doet als leefruimte, kantoor en studio en door Ken zelf ontworpen
werd). Samen met Chris Thompson en The Kennedy’s (een ander folk duo)
vormen Ken en Rebecca eveneens The Strangelings. Na Rebecca’s solo CD’s
“Rebecca Sings” (2000) en “Sunday Afternoon” (2002)
is Hungrytown de eerste CD van dit muzikaal duo met dezelfde naam. Voor de opname
namen ze (3 jaar) de tijd en deze gebeurde met hun eigen mobiele studio, d.w.z.
in hun Blue Meanie. De sound is een mix van folk en country en Rebecca schreef
- op een traditional (Sylvie) en een cover van Gene Clark (With Tomorrow) na
- het meeste van de songs (alleen of met Ken). Voor de extra muzikale onderbouw
kon het duo rekenen op leden van de folkgroep The Marmals en muzikanten van
de bluegrassband The Virginia Ramblers. De 12 songs omvattende CD start met
“Lucille, Lucille”, een vrolijke song met een tikkeltje lente dat
het duo schreef in Vermont. "One Morning in May" begint met dezelfde
tekst als de oude folkballad, dit sterk vokaal nummer benadrukt door een gepaste
inzet van drums en viool het oorlogsthema. Ook “Sylvie” is sterk
vocaal. Deze traditional werd reeds eerder door Bert Jansch gebracht (1971)
maar door een door Ken geschreven arrangement (voor cello en hobo) klinkt het
meer Hungrytown. “Rose or the Briar” brengt weer een vrolijke noot
en situeert zich in de sfeer van de oude Carter Family ballades. “Every
Day” komt uit Rebecca’s “Sunday Afternoon” en klinkt
melancholisch en zeer eenvoudig (vocals, guitar). Ken’s organ geeft de
aanzet voor “Solid Ground”. Het nummer gaat over kansen grijpen
in het leven en niet steeds in je comfortabele zone blijven zitten. Gospel in
bluegrassverpakking, dat is “On the Other Side” met een mooie fiddle
solo door Ruth Ungar Merenda. Het zeer rustige “Weep Not For Me”
is een country duet door beiden geschreven en gezongen. “Troubles Change
Direction” start met Ken op harmonica en vloeit dan over in Close Harmony
à la Simon & Garfunkel in de beginperiode. Hungrytown Rood ligt ergens
in de Blue Ridge Mountains of Virginia maar de song gaat over het leven, er
meer willen uithalen en daarvoor de wilskracht hebben. Wat het duo ziet vanuit
de vensters van hun huis in Vermont wordt muzikaal geschilderd in “November
Song”. Deze country-folk CD sluit af met een cover van Gene Clark (Album
uit 1971 – White Light). In het najaar krijgt men de mogelijkheid het
duo live mee te maken (info: Musemix),
we houden u op de hoogte.
(Jug)
MATHIJS
LEEUWIS
COMPLETE RECORDED WORKS IN CHRONOLOGICAL ORDER 2007
Myspace Contact
Label: Eigen beheer
Mathijs
Leeuwis is amper de twintig voorbij en heeft toch al de bluesfeeling te pakken,
wat blijkbaar ongemerkt onder zijn huid gekropen is. Want vroeger was hij geneigd
om funky jazz te spelen. Nu echter in tien simpele songs, verklankt hij datzelfde
gevoel, zoals jaren terug de bluespioniers hem dit voordeden. Komt daarbij nog
dat zijn stem zo hees klinkt als een rugzaktoerist die een woestijn doorkruiste
en dat hij zijn gevoelens niet verbergt achter een opgeklopte begeleiding. Breekbare
liedjes, noem je zoiets, met veel emotie gebracht, waarvan je stil wordt of
in een hoekje kruipt. Hijzelf zingt trouwens zeer intens ‘I Wish I Was
A Mole In The Ground’ met droefgeestige harmonicabegeleiding. De begeleiding
is eerder spaarzaam, met Guus van Mierlo op contrabas en Jan Michiel Hoog Antink
met bluesharp. Deze laatste weet mooie herfstige cirkels te blazen rond ‘Leave
While You Can’ En in het gesmoorde ‘Take Me Away’ neemt Mathijs
dit van hem over. Behalve de traditional over de terechtgestelde tunnelgraver/zondaar
‘John Hardy’, schreef Mathijs alle songs zelf. De nostalgie zweeft
door de kamer en blijft als vochtige mistslierten in de ether hangen. ‘Room’
en vooral ‘Hey Friend’ met slidegitaar hebben dat effect alsof een
vriend op je schouder uitweent, wat wil zeggen dat Mathijs het gevoelselement
in zijn songs niet schuwt. Als je niet wist dat de Nederlander zijn roots heeft
in Den Bosch, zou je denken dat hij ergens aan de waterkant woont, uitkijkend
naar de horizon, waar de inspiratie hem in de wolken tegemoet waait. Hij hangt
a.h.w. aan dezelfde stamboom, waar ook Tom Rush of Chris Smither hun wortels
hebben met vertakking naar de Leadbelly’s of Woody Guthrie’s. En
als er al eens een vergissing op album mee wordt vastgelegd, dan stoort dit
niet, want ook dat herinnert aan de tijd van de authentieke troubadours, die
het moesten doen met simpele middelen. Mathijs, pril talent, brengt verhalende
persoonlijke songs en hopelijk evolueert hij verder in die richting.
Marcie
MATHIJS LEEUWIS LIVE
Apr 8 - U-Rock Utrecht,
Utrecht
Apr 19 - Bluesavond Café Iets Anders Waalwijk, Noord-Brabant
May 2 - BG-22-24 The Young ArtLab Almere
May 9 - SJU Utrecht / MET BAND Utrecht, Utrecht
May 17 - Poptotaalzaak Sounds Venlo, Limburg
Jun 8 - Den Haag Songwriter’s Guild Den Haag, Zuid-Holland
Jul 29 - www.lonradio.nl Nieuwerkerk aan den IJssel, Zuid-Holland
DAVE
BRUBECK
INDIAN SUMMER
Website
Label: Telarc Distr.: Codaex
VIDEO
Dave
Brubeck is één van de bekendere jazz-pianisten en –componisten
van de twintigste eeuw. Hij werd geboren in Concord (Californië) op 6 december
1920 en is dus bijna 88 jaar oud. Zijn bekendste groep was het "Dave Brubeck
Quartet" met saxofonist Paul Desmond (1924-1977), opgericht in 1951. Brubeck
experimenteerde met ongebruikelijke maatsoorten in de jazz. Brubeck verwierf
zich een eigen plek onder de jazz-spotlights door gebruik te maken van Europese
– en dus weinig conventionele – maatsoorten. Zijn bekendste opname
is "Take Five" (1959), een compositie van Paul Desmond in 5/4-maat.
Zijn tweede bekendste nummer is Unsquare Dance, dat bekend staat omdat het nummer
in 7/8-maat is geschreven. Het initiële voorstel voor het opnemen van een
solo-CD met de titel “Indian Summer” kwam van Bob Woods, voorzitter
van platenlabel Telarc. De term “Indian Summer” wordt overdraaglijk
gebruikt om te refereren aan een late bloei van iets, meestal onverwacht of
nadat men het zou verwachten. Woods refereerde uiteraard aan de “Indian
Summer” van Brubeck’s eigen leven. Brubeck, op het ogenblik van
de opnames 86 jaar oud, toerde in die tijd nog in de States en Europa, en nam
de 72 minuten durende CD op in minder dan vijf uur opnametijd, gespreid over
twee opnamedagen. Of er dan sprake is van “Indian Summer” of van
“Summer” laat ik graag in het midden. Op “Indian Summer”
speelt Brubeck solo aan de piano. Hij brengt een mooie mix van ballads, standards
en een aantal eigen composities. Mijn favoriet is de mooie versie van “Georgia
On My Mind”, een nummer dat U misschien nog het bekendst in de oren klinkt
in de versie van Ray Charles. Om een goed beeld te krijgen van de essentie van
Brubeck in zijn beste jaren, kan ik iedereen aanraden “Dave Brubeck’s
Greatest Hits” (Sony – originele release 1966) te ontlenen bij de
bib in je buurt. Met “Indian Summer” bewijst Brubeck dat hij nog
steeds één van de grootste levende jazz-pianisten is. Een aanrader!
Track listing:
1. You'll Never Know
2. I'm Alone
3. Autumn In Our Town
4. So Lonely
5. I'm Afraid The Masquerade Is Over
6. I Don't Stand A Ghost Of A Chance With You
7. Pacific Hail
8. September Song
9. Summer Song
10. Thank You
11. Georgia On My Mind
12. Spring Is Here
13. Sweet Lorraine
14. Memories Of You
15. This Love Of Mine
16. Indian Summer
(Pieter Jan)
CAPUTO
A FONDNESS FOR HOMETOWN SCARS
Website Myspace
Label & Distr.: Suburban Records
Als
je een beetje thuis bent in het hardere genre zal de naam Keith Caputo ongetwijfeld
bekend in de oren klinken. Keith is namelijk de frontman van de wereldberoemde
metalformatie Life Of Agony. Jah, inderdaad je leest het goed: Keith Caputo
is een metalhead, maar dat hij meer kan, bewijst hij met deze nieuwe solo-plaat.
Naast een zijn charismatische persoonlijkheid is hij een geweldig singer/songwriter,
die met deze plaat weer een knap staaltje van zijn muzikale kunnen neerzet.
Dit natuurlijk mede dankzij een entourage van sublieme muzikanten/muziekliefhebbers:
Flea (Red Hot Chili Peppers), producer Martyn Lenoble (Porno For Pyros),…
Wat Keith niet kwijt kan in Life Of Agony giet hij perfect in zijn solo-project,
dus verwacht geen zware metalriffs. Wat je wel te horen krijgt, is een helder
geproduceerde plaat die je grotendeels onder de noemer “popsongs’
kunt plaatsen, al hebben de meeste nummers een donker en melancholisch bijsmaakje.
Deze sfeer wordt meteen aangezet vanaf het eerste nummer ‘Crawling’
en wordt rustig verder gezet in de nummers ‘In December’ en ‘Silver
Candy’, maar de sfeer word tien paar keer doorbroken door een paar hardere
nummers als ‘Troubles Down’ en ‘Devils Pride’. Met deze
opmerking kunnen we wel stellen dat Keith Caputo de podia van festivals als
Graspop mist, maar dat weerhield hem niet om met ‘A Fondness For Hometown
Scars’ een prachtplaat neer te zetten. (Kevin)
BRADEN
LAND
DIRT
Website Myspace
Info: Wesley Harvey / Precedent Entertainment
Contact
Label: Retriever Records
CDbaby
Na
eerste beluistering van "Dirt" was het voor mij duidelijk, dit debuut
van Braden Land is een cd die we warm willen aanbevelen, want Braden zingt zo
overtuigend dat je als vanzelf in zijn liedjes meegezogen wordt. En die liedjes,
dat mag ommiddelijk gezegd worden, zijn juweeltjes. De sympathieke jongeman
laat meteen een goede indruk achter met zijn verhalende liedjes in de stijl
van de grote troubadours van weleer, liedjes die soms klinken alsof ze geschreven
hadden kunnen zijn door Townes van Zandt. Echte luisterliedjes die subtiel en
eenvoudig worden begeleid. Braden's mooie songs verzuipen daarom niet in een
overdadige productie, maar krijgen door precies de juiste accenten net dat beetje
extra dat een cd nodig heeft om uit te kunnen groeien tot een meesterwerk. En
dat is het, want Braden overtreft zichzelf op "Dirt", met een serie
fantastische songs. De kracht van zijn muziek schuilt in de eenvoud. Zijn liedjes
bestaan uit simpele, catchy melodieën die zich onmiddellijk in je hoofd
nestelen. In zijn songs maakt Braden ons deelgenoot van zijn verlangens, herinneringen
en dromen, onderwerpen van iedereen en van alle tijden. Braden zingt over het
leven zelf. Maar "Dirt" biedt meer dan alleen persoonlijke liedjes.
Knappe liedjes waarin hij zich zowel qua compositie als qua gitaarspel met gemak
kan meten met zijn Amerikaanse collega's. "Dirt" is geheel doorspekt
met klanken uit het country-folk-Americana genre. Naast de 13 voortreffelijke
songs die deze bevat, wordt er ook nog eens monsterlijk goed gemusiceerd. De
lap steel, dobro, mandolin, en zijn eigen mondharmonicaspel zijn zondermeer
oorstrelend. Tevens wordt Braden bijgestaan door een aantal geweldige muzikanten,
waaronder drummer Jeremy Gill en upright bassist Shane McMullen. De mondharmonica
neemt soms een bijzondere plaats in, naast de vele lekkere gitaar licks die
vergelijkbaar zijn met J.J. Cale als in "Satan’s Train" of "Duane
Allman" in "So Real". Wroeging en onrust, lust en leed worden
hier verpakt in heldere en compacte songs, luister maar even naar de meer Dylanesque
songs als "Any Old Blues", "In A Place" en "Her Name",
een heerlijke mix georiënteerd tussen traditionele folk en Americana, puur
eerlijk singer-songwriterwerk dus. Hij weet zijn nostalgisch aandoend songmateriaal
eerder fris dan stoffig te laten klinken. Het moet dan ook gezegd worden dat
Braden een meer dan begenadigd muzikant is. Op het afsluiter na – een
bluegrass bewerking van William Cowper’s "There Is a Fountain"
– zijn het uitsluitend nummers van eigen hand. De klankkleur sluimert
tussen Townes Van Zandt, Bob Dylan, Neil Young en J. J. Cale, en sterker nog
het vergelijkt zich qua niveau ook behoorlijk in die richting. (maar dan wel
gemeten naar de jongere jaren van deze Iconen.) Deze jonge Amerikaan heeft bij
mij de juiste snaar geraakt, wat op zich niet zo moeilijk is, want deze plaat
klopt gewoon aan alle kanten. Variatie, drive, passie en gewoon keihard werken,
het zit er allemaal in. Kortom een heerlijke cd die zich niet zo snel uit m’n
cd-speler laat verdringen. Hopelijk slaagt hij erin deze cd een passend vervolg
te geven.