OKTOBER 2007 - NOVEMBER 2007 - DECEMBER 2007
JANUARI 2008 - FEBRUARI 2008 - MAART 2008 - APRIL 2008
P.W. LONG - GOD BLESS THE DRUNKARDS DOG
I SEE HAWKS IN L.A. - HALLOWED GROUND
RICK HARRINGTON with EMILY TRUNCELLITO - YOU CAN’T JUST SIT THERE
VICTORIA VOX - CHAMELEON
BLUESVILLE STATION - RIDIN’ THE WARREGO
GREG LASWELL - HOW THE DAY SOUNDS
CAROLYN WONDERLAND - MISS UNDERSTOOD
STEVE WINWOOD - NINE LIVES
THE SEATSNIFFERS - TURBULENCE
MANNISH BOYS - LOWDOWN FEELING
P.W.
LONG
GOD BLESS THE DRUNKARDS DOG
Website
Label: Southern
Records
Distr: Bang! Music
VIDEO 1 VIDEO
2 VIDEO
3
Ken
je Young James Long? Neen, geen singer songwriter of bluesartiest, maar een
heuse band bestaande uit de heren Young, James en Long. Het trio had dus net
zo goed Long Young James of James Young Long kunnen heten. Anyway, gitarist
in die band, die een soort alternatieve southern rock maakt, is P.W. Long. Nu
heeft hij zijn eigen album uitgebracht met als begeleiders... ,jawel: James
& Young. Om hun voorgeschiedenis die nogal ingewikkeld in elkaar zit kort
en bondig te vertellen even de namen van de groepen waarin de drie heren zaten.
Long zelf begon in "Wig" om via "Mule" daarna zijn eigen
ding te gaan doen, dit is ondertussen zijn vierde solo album, en tegelijkertijd
is er dus ook nog het trio Young James Long. Drummer Taylor Young zit bij "Polyphonic
Spree", je kent ze wel, het collectief met de lange witte jurken, en de
slidegitarist Kirkland James, die uit de alternatieve bluesband "Tenderloin"
komt. Wat P.W Long maakt zou ik ook zo noemen, donkere alternatieve blues. Dertien
korte songs, wat al een prestatie is in vergelijking met het mini-minicd'tje
dat Young James Long onlangs uitbracht, zij slaagden erin om vijf nummers te
brengen in minder dan 9 minuten. Van een vluggertje gesproken. P.W. wisselt
rocksongs met donkere teksten zoals "10 A.M" of "Worst Baby"
af met bluessongs als "Saskatune" en "Nogales Rose" alles
met de Southern touch, maar wel de nieuwe lichting. Na 30 minuutjes is 't alweer
voorbij, waarschijnlijk is de reden daarvoor dat dit album enkel voor vinyl
release voorzien was en na aandrang van fans ook als cd uitgebracht werd, zodat
nu een groter publiek kan kennismaken met dit buitenbeentje van de nieuwe underground
blues en zijn aparte indringende songteksten.
(RON)
I
SEE HAWKS IN L.A.
HALLOWED GROUND
Website Myspace
Contact
Info: Hemifran
Label : Big Book Records
VIDEO
1 VIDEO
2
De band, die zich I See Hawks in L.A. noemt, neemt je op "Hallowed Ground" mee terug naar de harmonieuze, tijdloze en zogenoemde cosmic country van de jaren zeventig. De liedjes van het zanger-gitarist-duo Rob Waller/ Paul Lacques cirkelen zorgvuldig rond de dierbare nalatenschap van The Byrds, The Flying Burrito Brothers en Gram Parsons, waarbij je tegelijkertijd ook moet denken aan recentere bands als The Jayhawks en Drive-By Truckers. "Hallowed Ground" is na "California Country" (2006), "Grapevine" (2004) en "I See Hawks In L.A." (2003) het vierde album en telt een aantal opmerkelijke gastmuzikanten, waarvan Rick Shea (akoestische gitaren), Dave Zirbel (Commander Cody) op pedal steel en de violist Gabe Witcher (Merle Haggard) de bekendste zijn. Hoewel de warme countryrock meteen vertrouwd aandoet, zijn sommige teksten van het Rob Waller/ Paul Lacques team op z'n zachtst gezegd nogal opmerkelijk. Veel aandacht gaat nog steeds naar hun samenzang, met de meest dominante rol voor gitarist Paul Lacques. Het speelplezier en de enorme muzikale drive van het gezelschap spatten er in de meeste nummers ruim vanaf, want ze zijn op hun sterkst als ze een beetje loskomen van het obligate country-rock pad en de wat ruigere kant van hun muziek opgaan zoals in de sterke opener "Carbon Dated Love". De song, "Environmental Children of the Future", een hoopvolle ballade zegt meteen genoeg, al zijn de teksten van Robert Waller soms wel raar, zoals in "Ever Since the Grid Went Down" waar Waller bloedserieus zingt over de donkere kant van het leven. Plezierige teksten, hetgeen zijn invloed heeft op de band, en meteen een luchtig sfeertje oproept. Gewoon heerlijke muziek die best mag gehoord worden. Voeg daarbij een aantal warme songs als "Highway Down" en de anti-love song "Open Door", met zijn prachtige harmonien tot zelfs het Celtic getinte "Salty Sea", en we vinden "Hallowed Ground" best een aardig plaatje, dat zeker het beluisteren waard is. I See Hawks in L.A. maakt gewoon heerlijke muziek op deze plaat, een mix van Celtic, Tex-Mex en zeventiger soul met niemand minder dan Ethan Allen (Patty Griffin, Daniel Lanois) achter de knoppen, jawel, dat mag best gehoord worden!
RICK
HARRINGTON with EMILY TRUNCELLITO
YOU CAN’T JUST SIT THERE
Website Contact
Label: Hannah Music
CDBaby
Ouders
die hun kinderen aanmoedigen om zich in de muziek te ontplooien, zo zouden er
meer moeten zijn. Rick Harrington behoorde tot die gelukkigen. Geboren en opgegroeid
in Zuidelijk Californië, liet hij de school voor wat ze was om als fan
‘The Grateful Dead’ achterna te reizen. Tegelijkertijd kon hij aan
de slag in het elektriciteitsbedrijf van zijn vader, onderwijl al volop zijn
eigen songs op papier zettend. Gedesillusioneerd door de levenstijl van The
Dead stopte hij er op negentienjarige leeftijd mee hen op tournee te volgen.
In plaats daarvan leerde hij zelf gitaar spelen en hernam hij zijn studies.
In het Florida College voegde hij zich bij het studentenbandje, dat zowat alles
speelde, van country en folk tot rock. Ook het jazzbandje in het College vroeg
hem de gitaarpartij op zich te nemen. Al die invloeden komen samen in zijn debuutalbum
dat dank zij een samenloop van gelukkige omstandigheden tot stand kwam. Van
Steve Wilmans, eigenaar van de Echo Mountain Recording, kreeg hij de kans om
in diens studio zijn songs op te nemen. Het was eigenlijk een ruilhandeltje
dat studiotijd impliceerde zolang de elektriciteitswerken bij de verbouwing
van een oude kerk aan de gang waren. Rick zingt de meeste songs zelf met een
honingstem die rond ’Bertram Harris’ en ‘Reach For Me’
melancholische pasteltinten schildert. De in zijn songs opduikende thema’s
zijn hem allen vertrouwd, observaties of zelf meegemaakt zoals adoptiewens,
verslaving, angsten verbonden aan het opgroeien. In het tedere ‘Daddy’s
Love’, met koesterende cellobegeleiding van Ron Clearfield, bezingt hij
de onmacht van een vader om zijn kind te beschutten tegen onvoorspelbare gevaren.
Op dit album neemt Emily Truncellito, mooi contrasterend, de zangpartij over
op een vijftal songs. Zij was al langer bevriend met Rick, die het vanzelfsprekend
vond dat haar vrouwelijke stem zijn songs meer glans zou geven. Die slaan een
enkele keer de jazzy richting in, zoals op het ironische ‘Sleeveless’
met de mooie saxbegeleiding van Vince Novak. Paul Babelay met zijn piano en
nog andere muzikanten dragen hun waardevolle steentjes bij. Rick woont inmiddels
met zijn vrouw in Noord-Carolina waar de bodem en de lucht traditioneel vruchtbaar
zijn voor het musiceren. Los daarvan kan je horen dat de singer-songwriter al
vijfentwintig jaar op muziek gefocust is op grond van de maturiteit van zijn
songs. Want ondanks het elektriciteitsbedrijf waarin hij werkzaam is, blijft
Rick tijd reserveren voor het schrijven en uitbrengen van songs zoals op deze
eersteling, zelf geproducet samen met Paul Babelay. De variatie van folk, country,
americana en jazzy elementen maakt deze cd ideaal om tijdens een avondlijke
autorit af te spelen, deels rustgevend deels de drive aanzwengelend.
Marcie
VICTORIA
VOX
CHAMELEON
Website Mspace
Label : Eigen Beheer / Obus Music
Distr. : Hemifran
CD-Baby
Victoria
Vox was nog een 10 jaar oud meisje toen ze op haar kamertje in Wisconsin al
liedjes in elkaar begon te steken en ze daarna inzong op een bandopnemertje.
Hebben we dat niet allemaal ooit geprobeerd, weliswaar met wisselend succes.
Doorheen de volgende jaren - waarvan ze er o.a. ook enkele in Frankrijk doorbracht
- leerde ze meerdere instrumenten bespelen. Daarbij waren klassiekers als gitaar,
orgel en viool maar ook minder voor de hand liggende instrumenten als trompet,
oboe, basgitaar en ukelele. Met dat laatste instrument vergaart ze de laatste
jaren lokaal de meeste roem. Aan de Berklee College Of Music haalde ze tussendoor
moeiteloos een diploma voor songwriting tussen een overgrote meerderheid van
mannelijke studenten. Die gespecialiseerde opleiding komt haar nu goed van pas
en dat vak heeft ze helemaal onder de knie. Ze behaalde daarvoor onlangs zelfs
de in die kringen zeer prestigieuze Vince Gill Songwriting Award. In 2006 lanceerde
Victoria Vox haar eerste cd onder de titel “Victoria Vox And Her Jumping
Flea”. Op de liedjes die nu te horen zijn op haar recent uitgebrachte
album “Chameleon” speelt de viersnarige ukelele ook een vooraanstaande
rol in 8 nummers. De dertien songs op die plaat variëren qua stijl van
Americana tot pop, jazz, rock en wereldmuziek. De vlotst in het gehoor liggende
nummers op dit album zijn het grappige meezingertje “Peeping Tomettee”,
“What’s Wrong”, het volledig in de Franse taal gezongen “C’est
Noyé”, “Buttercup” en afsluiter “Falling Star”.
Ondanks de prominente rol voor de ukelele moet je toch geen Hawaïaanse
toestanden verwachten op deze cd. In songs als “Alone”, “A
Little Bit Of Love” en “Falling Star” brengt ze moderne ballads
in de vorm van popsongs met een vleugje country. Vooral in thuisland Amerika
moet er een permanent plaatsje gereserveerd zijn voor de muziek die Victoria
Vox brengt op haar cd’s. Haar succes bij live optredens bevestigt dit
tot nader order helemaal.
(valsam)
BLUESVILLE
STATION
RIDIN’ THE WARREGO
Website
Label: Bluesville records
CDBaby
Tim,
een neefje van me, woonde gedurende een jaar in Australië voor een uitwisselingsproject
van scholen. Het gastgezin waar hij verbleef, woonde in Toowoomba, maar de school
waar hij de ganse week verbleef was gelegen in Ipswich, wekelijks moest hij
dus de plusminus 120 kilometer heen en weer, een peulschil naar Aussie normen.
Waarom vertel ik je dit? Wel, he was “Ridin' the Warrego”, net zoals
de titel van deze cd aangeeft. Toen hij deze cd thuis zag tijdens een toevallig
bezoek, was hij zeer verrast en raakte hij niet uitgepraat over de prachtige
omgeving waar deze weg doorloopt in Queensland, en toonde me wat later verschillende
prachtige fotos van zonsondergangen, duizenjarige bomen en meer van die mooie
dingen die in de omgeving van The Warrego Highway te zien waren. Spijtig genoeg
is de muziek die de band “Bluesville Station” maakt niet van dezelfde
schoonheid, het lijkt wel jaren zeventig bluesrock die klinkt als Savoy Brown
die stil is blijven staan. Hier en daar eventjes boeiend, maar meestal gewoon
gedateerd en weinig opwindend ondanks de slide gitaren, mondharmonica en beukende
bassen. Nergens is er een nummer wat er echt uitspringt, dertien in een dozijn
nummers, laten we dit dus kort houden, sorry jongens blijven oefenen. Spijtig
bovendien dat het ook nog lukt om een cd waarvan het onderwerp in zo’n
mooie omgeving gelegen is, te verpakken in een zo lelijk hoesje. Vlug vergeten.
(RON)
GREG
LASWELL
HOW THE DAY SOUNDS
Website Myspace
Label : Vanguard Records
Distr. : Munich Records
Het
was eigenlijk puur toeval dat we vorige week voor het eerst hoorden van Greg
Laswell tijdens zijn optreden tijdens Les Nuits Botanique voor The Hotel Café
Tour samen met Tom McRae en nog vier andere collega’s singer-songwriters
(zie concertverslag). Ongeveer tegelijkertijd kregen we een exemplaar van zijn
nieuwe ep “How The Day Sounds” in handen via Munich Records, zijn
Europese distributeur. Greg Laswell is naast muzikant vooral ook opname-ingenieur
en producer. Zijn vorige twee cd’s “Good Movie” en “Through
Toledo” kregen in de Amerikaanse vakpers zeer lovende kritieken. Enkele
van zijn liedjes werden gebruikt voor de soundtracks bij films en tv-series
zoals “Smallville “en “Grey’s Anatomy”. In de
States toerde hij al samen met o.a. Matt Costa en Jayhawks. Daarnaast haalt
hij ook de professionele roddelpers via zijn romantische relatie met popster
Mandy Moore. Laswell opereert vanuit het Californische San Diego en was daar
ook de frontman van de formatie “Shillglen” waarmee een full-cd
werd gereleased. Ook via het moderne downloadmedium iTunes realiseerde hij uitstekende
verkoopcijfers voor zijn versie van de Cindy Lauper-hit “Girls Just Wanna
Have Fun” en in wat mindere mate met zijn andere singles “What A
Day” en “Sing, Theresa Says”, een liedje dat geïnspireerd
was op het overlijden van zijn grootmoeder toen hij pas dertien jaar was. Oma
zou in zijn dromen opgedoken zijn en hem verteld hebben dat hij vrolijke liedjes
moest zingen. Zijn specialiteit in het songschrijven zit echter in dezelfde
sfeer als die van Tom McRae: trieste liedjes over pijn en verlies met verhalen
uit zijn persoonlijke leven vol emoties. Kortom: de ideale soundtrack voor depressieve
lui. De liedjes op zijn succesalbum “Through Toledo” waren allemaal
ontstaan na een stukgelopen relatie nadat zijn nog vrij recente echtgenote hem
onverwacht verliet. Het schrijven van de liedjes hielp hem over deze tragedie
heen te komen en vernieuwde moed in het leven te vinden. Bij optredens begeleidt
Greg Laswell zichzelf op akoestische gitaar of op piano waardoor het rauwe karakter
van de liedjes nog sterker benadrukt wordt. In afwachting van zijn volgende
full-cd krijgen we nu dus het ep-tje “How The Day Sounds” met daarop
zes zelfgeschreven liedjes waaronder een vernieuwde versie van zijn eerdere
single “What A Day” en een herwerkte, tragere versie van “High
And Low” dat oorspronkelijk ook al op “Through Toledo” stond
en in deze versie van een bijzonder mooi strijkersarrangement voorzien wordt.
Een stukje tekst van dit nummer demonstreert duidelijk de schrijverscapaciteiten
van Laswell: “Found a letter from a man I might have met, addressed to
you. I’ll steal the words he ended with: I miss you”. De door een
Coldplay-achtige pianosound gedragen titeltrack heeft nog even wat rockerigs
over zich maar daarna treedt de droevenis definitief in met de liedjes “Salvation
Dear” en “Days Go On”. Hoewel deze ep dus als een tussendoortje
gezien mag worden zijn de zes songs elk van zeer hoogstaande kwaliteit. Getuige
daarvan ook de wijze waarop hij bij zijn optreden in Brussel meteen het publiek
op de hand wist te krijgen van bij de eerste beluistering. De melodie heeft
steeds een sterke, catchy riff en de teksten zijn dichterlijke zieleroerselen.
Bovendien is het vocale bereik van Laswell’s stem boeiend en schitterend.
Er zitten flarden Ron Sexsmith, Ben Folds en Jeff Buckley in zijn muziek, maar
zeker ook flitsen van o.a. Radiohead, Beck en Coldplay. Wij zijn er van overtuigd
dat zijn volgende album dat in juli zal gaan verschijnen het moment van de waarheid
zou kunnen worden voor Greg Laswell. Als wij een exemplaar mogen ontvangen van
die nieuwe schijf zullen we daarover graag ons oordeel met u delen.
(valsam)
CAROLYN
WONDERLAND
MISS UNDERSTOOD
Website Myspace
Label: Bismeaux Productions
VIDEO1
VIDEO2
VIDEO3
VIDEO4
VIDEO5
VIDEO6
Deze
Texaanse schone maakt muziek die bestaat uit zowat de volgende ingrediënten:
een scheutje whisky stemgeluid van Janis Joplin, een snuifje gitaar van Stevie
Ray en een heleboel soulvolle individualiteit. Ray Benson, de grote man bij
Asleep At The Wheel, wou deze zevende cd van haar graag producen en heeft er
mooi werk mee afgeleverd op zijn huislabel Bismeaux. Natuurlijk, als je deze
man als producer naast je hebt, dan stuurt hij je wel wat in de richting van
het betere bluesy countrywerk, of is het nu toch eerder contrygetinte blues?
Eerder dat laatste zou ik zeggen, met covers van J.J Cale, Rick Derringer, Bruce
Robeson en Terri Hendrix aangevuld met sterk eigen werk, want Carolyn blijkt
een uitstekende songschrijfster te zijn en ze overtuigt ons met deze cd compleet.
Haar vorige "Bloodless Revolution" was ook al overtuigend, maar ondertussen
is Carolyn nog heel wat gegroeid. Haar sterk soulvolle stem voelt zich zowel
thuis is rocksongs, jazzy ballads en pure bluessongs. Voeg daarbij haar kwaliteiten
op gitaar en je weet dat er zich opnieuw een dame aangemeld heeft waarmee we
rekening moeten mee houden. Dylan is een hele grote fan van haar en toen Ray
Benson dit hoorde had hij geen verdere aanbevelingen meer nodig, hij ging Carolyn
even belijken tijdens één van haar live shows en was ook gewonnen.
De cd werd in Austin opgenomen, en onder meer Clapton's sideman en drummer Jamie
Oldaker en Lloyd Maines doen mee. Toen Benson na een Dylan concert in Austin
backstage "Bawb" ontmoette, drong deze aan om Carolyn te kunnen spreken.
Ray belde Carolyn, die onmiddelijk in haar wagen sprong en wat later apentrots
Dylans complimenten mocht aanhoren. De cd opent meteen met de titelsong "Miss
Understood", een up- tempo blues met knappe slidegitaar van Carolyn en
wat herinnerend aan Bonnie Raitt's songs uit haar beginperiode. Carolyn heeft
iets met leeuwen want twee sterke songs op deze cd's gaan er over, eerst "I
Found The Lions", een cover van Terri Hendrix en Lloyd Maines, en als laatste
song "Feed Me To The Lions" een prachtig eigen compositie, een langzame
song met Carolyn aan de piano en sfeervolle strijkers op de achtergrond, een
sobere afsluiter, overladen met sfeer en gevoel. Een ander hoogtepunt is "The
Farmer song" met Cindy Cashdollar op dobro en Glenn Fukunaga op bas en
het ongelofelijk aanstekelijke "Walk On" waar Guy Forsyth op mondharmonica
zijn bijdrage doet en Carolyn haar beste gitaarsolo van de ganse cd brengt.
Verder is er "Stiil Alive and Well" een nummer dat Rick Derringer
ooit schreef voor de man die ik toevallig twee dagen geleden eindelijk kon interviewen,
Johnny Winter. De laatste song die ik nog een eervolle vermelding wil geven
is het jazzy, ontspannen "I Don’t Want To Fall For You" waar
Carolyn duidelijk maakt dat ze niet in één bepaald hokje wil geduwd
worden. Ze blijkt als de beste het jazz genre aan te kunnen, zowel vocaal als
op gitaar, maar wel met dat bluesy sausje subtiel er overheen. Carolyn Wonderland,
nu nog tamelijk onbekend, binnenkort "BIG" geloof me!
P.S Video 4, die stamt uit
1993, toont de jonge Carolyn Wonderland op een hoorzitting van de stadsraad
in Houston. In plaats van een speech te houden over haar bezwaren tegen het
sluiten van een aantal cafés waar live muziek gespeeld wordt, brengt
ze, tot grote verwondering van de raadsleden, een bluesnummer erover, midden
in de vergadering. Leuk is ook de dame die voor de doven het geheel op passende,
ritmische wijze "vertaalt". Grandioos stukje TV.
Ook Video 5 is wat verrassend, een huisconcert in het Nederlandse Hoorn, gevolgd
door een kort interview.
(RON)
STEVE
WINWOOD
NINE LIVES
Website
Label: SONY/BMG
VIDEO
1 VIDEO 2
Zo
eens om de vijf jaar levert Steve Winwood de laatste twee decennia een nieuw
album af. Echte wereldwijde successen als ten tijde van "Back In The Highlife"
(1986) boekt Winwood er niet mee, maar zijn trouwe schare fans wordt nooit teleurgesteld.
Winwood is vanaf zijn 15e lid van the Spencer Davis Group, met hits als "Keep
On Runnin'", "Gimme Some Lovin'" en "I'm a Man". Tussendoor
is hij een veelgevraagd sessiemuzikant en is hij o.a. te horen als gitarist
op het klassieke Jimi Hendrix-album 'Electric Ladyland'. In 1967 start hij samen
met Chris Wood, Jim Capaldi en Dave Mason de groep Traffic. Vanaf 1969 maakt
Steve deel uit van de groep Blind Faith samen met Eric Clapton en Ginger Baker.
Vervolgens bestaat Traffic weer korte tijd en wordt het prachtige album "John
Barleycorn Must Die" uitgebracht. Na een betrekkelijk rustige periode verschijnt
in 1977 Winwood eerste soloalbum. Gevolgd door zijn magistrale album "Arc
Of A Diver" (1980), "Talking Back To The Night" (1982), "Back
In The High Life" (1986), "Roll With It" (1988), "Refugees
of The Heart" (1990), "Junction Seven" (1997) en "About
Time" (2003). Op deze voorganger, het opvallend kale "About Time"
waren de synthesizers verdwenen en speelde het vertrouwde orgelgeluid de hoofdrol.
Meer een terugkeer naar de basis dus hetgeen ook goed bleek in de songkeuze,
want de sterke Zuid-Amerikaanse ritmes klinken in een aantal nummers, als "Cigano"
en "Somingo Morning" zowaar Traffic door. Na deze plaat deed Winwood
vooral waar hij zelf zin in had, waaronder een reeks concerten met zijn oude
maatje Eric Clapton. Die is ook van de partij is op "Dirty City",
de eerste single van zijn nieuwste album "Nine Lives", waarop hij
de sound van zijn voorganger grotendeels voortzet. Veel Hammond B-3 en gitaar,
maar er is ook ruimte voor breder gearrangeerde songs met percussie en blazers.
"Nine Lives" begint fraai en introspectief met het broeierige "I’m
Not Drowning", en ontwikkeld zich tot een afwisselend album met fraaie
teksten met als hoogtepunt "At Times We Do Forget". De latininvloeden
die Winwood ook ten tijde van Traffic veelvuldig gebruikte, zijn weer duidelijker
hoorbaar, als in "Raging Sea" met die lekkere groove-rock. Maar ook
"We're All Looking" is Winwood ten voeten uit met zijn fantastische
en uit duizenden herkenbare stem. Winwood is pas 60 jaar geworden en zit dus
al 45 jaar als muzikant in het vak. "Nine Lives" is dan ook de prachtige
vertaling van zijn 9e solo album. Negen levens en nog steeds alive and kickin'!
Klassiek, soul, rock, blues, world music, noem het op, hij haalt werkelijk alles
uit de kast. Soms klinkt het heel eigentijds, dan weer heerlijk ouderwets, maar
het is altijd van hoog niveau. Prima plaat van deze veteraan dus!
THE
SEATSNIFFERS
TURBULENCE
Myspace
Bookings: Twinstreet
Label: Sonic Rendezvous
In
2004 overviel Belgium’s roots rock pride The Seatsniffers ons met de buitengewoon
veelzijdige rootsplaat "Let’s Burn Down The Cornfield" die bol
stond van zinderend spannende songs. Talrijke optredens in het land volgden
waarbij het er ietsje losser aan toe ging. The Seatsniffers is zo'n band die
met weinig middelen op straat kan spelen maar ook grote zalen op zijn kop kan
zetten. Hun nieuwe album "Turbulence" gaat verder waar "Let’s
Burn Down The Cornfield" eindigde en werd wederom door frontman Walter
Broes geproduceerd. Een jaartje geleden werden al hun instrumenten en hun bus
gestolen, een afknapper van formaat. En voordien maakten ze ook al eens mee
dat hun platenfirma failliet ging, waardoor hun eerste vier platen onvindbaar
werden. Dat laatste is gelukkig rechtgezet door Sonic Rendezvous, die ze heruitbracht.
Ze staan nog steeds garant voor een pittige en potige mix van rock, blues, rockabilly,
soul en ska. En dat weten ze ook in het buitenland, want de laatste dertien
jaar genieten onze landgenoten een stevige reputatie: honderden concerten in
de helft van alle Europese landen én hun twee tours in de US. Daarnaast
hun concerten als begeleiders van Jason Ringenberg, Barrence Whitfield, Queen
of Rockabilly Wanda Jackson. Hun interventies in het Nederlandse tv-programma
De Garage, het feest voor hun 10-jarig bestaan met 1200 bezoekers, hun optreden
op het Rockin’ 50’s Festival in Wisconsin/US enz...... Zo mogelijk
lijken The Seatsniffers als band verder gegroeid en hoewel de plaat vele stijlen
uit de rijke Amerikaanse muziekgeschiedenis herbergt, domineert hun unieke kenmerkende
versie van roots, blues en rockabilly in alle acht eigen nummers en de band
laat zich volledig gaan op Alex Chilton’s klassieker "Bangkok",
het prettig rammelende "Dark in My Heart" van Lee Hazlewood en drummer
Pete De Houwer’s zangtalent komt naar boven op King Karl’s zeer
gevoelige "Baby Come To Papa". De frontman van hun Duitse vrienden
van Smokestack Lightnin', Bernd Batke, deelt de micro met Broes op het fantastische
"Boat". Kenners die van de vroege Seatsniffers houden, zullen niet
teleurgesteld worden, want een nummer als "She's Mine", met een uitblinkende
Roel Jacobs op sax, had perfect op de debuutplaat kunnen staan. Bop de Houwer
maakt zijn comeback op bas en dat hoor je, want de band klinkt rauwer en tegelijk
samenhangender zoals in de beginjaren. Dat het allemaal nog beter kon dan op
"Let’s Burn Down The Cornfield" hadden we niet voor mogelijk
gehouden. Met verve, trouwens, want ook op "Turbulence" slaagt het
viertal er in om de luisteraar onder te dompelen in een onvervalst fifties,
songs waarin u invloeden uit Rhythm & Blues, Rock & Roll, Rockabilly,
Hard Country, Punk-Rock en andere Amerikaanse rootsstijlen hoort, en dit allemaal
gebracht met de energie van een pitbull op amfetamine. Het resultaat: een 30
minuten durende trip down memory lane, fijne gitaarklanken en saxstoten die
u misschien al duizend keer eerder in een lichtjes andere vorm hoorde, maar
zeer aanstekelijk blijven klinken, ongeacht hoeveel rondjes deze cd in uw speler
draait. Het natuurlijke biotoop van The Seatsniffers, ligt misschien wel ergens
op een podium bij u in de buurt, het neemt niet weg dat ze op een zilveren schijfje
nauwelijks pluimen laten. Een en ander heeft zeker te maken met de korte tijdsduur
van de nummers, die, met uitzondering van de afsluiter "Thing" nergens
boven de drie minuten uitstijgen. Het maakt van "Turbulence" een korte,
oertraditionele, maar daarom niet minder uitputtende luisterervaring, een sfeermuziek
in wat ondertussen wordt bestempeld als "Seatsniffers muziek", ze
doen hun ding zonder franjes, ze spelen geen clichés, maar zijn zelf
het cliché. Walter Broes en zijn kameraden van The Seatsniffers maken
er al jaren geen geheim van dat ze een boon hebben voor authentieke rock ‘n
roll en country en staan samen op vrijdag 11 juli met tal van hun vrienden op
het podium als afsluiter tijdens het Blues Peer festival, wij, Rootstimers staan
alvast op de eerste rij voor het podium.
The Seatsniffers - Live gigs
May 24 2008
Muziekcentrum Debuut Westerlo
Jun 6 2008 FNAC BXL - Brussels
Jun 14 2008 FNAC GHENT - Ghent
Jul 4 2008 Hangar Rockin’ + WANDA JACKSON! -Birrfeld
Jul 6 2008 Merksplas Feest! - Merksplas
Jul 11 2008 BLUES PEER
Jul 12 2008 SJOCK - WANDA JACKSON! - Lille
Aug 8 2008 THE HOTROD HAYRIDE - Bisley
Aug 24 2008 Misty Fields Fest - Asten-Heusden
Aug 31 2008 Prinsentuin - Leeuwarden
Sep 6 2008 Dijkrock - St-Lenaerts
Sep 20 2008 Mischief’s CD-Release Party! - Utrecht
Nov 15 2008 CC Berchem - Berchem
MANNISH
BOYS
LOWDOWN FEELING
Website
Label: Delta Groove
Distr: Coast To Coast
Van
Randy Chortkoff, de grote baas van Delta Groove, de firma die stilaan uitgroeit
tot hèt blueslabel bij uitstek, kregen wij tijdens het interview met
hem allemaal een exemplaar van de nieuwe Mannish Boys toegeschoven want dat
is de release waar hij het meest trots op is momenteel. De uitgebreide bezetting
van de Mannish Boys is nog maar eens gegroeid, want Bobby Jones, de wat vergeten
Chicago blues shouter, komt de rij vervoegen en krijgt binnenkort een solo cd
op zijn actief, want Randy Chortkoff kan maar niet zwijgen over de kwaliteiten
van deze man. Een band als deze, daarvoor mogen we de term “supergroep”
voor éénmaal wel gebruiken. Finis Tasby, Kid Ramos, Richard Innes,
Johnny Dyer, Kirk “Eli” Fletcher, Frank Goldwasser, wat een kwaliteit
op één klein schijfje. Buiten de normale bezetting is er op deze
sterke release ook nog plaats voor een portie special guests zoals Lynnwood
Slim, die op mondharmonica sterk is op "Woodchuck" een boogie met
John Lee Hooker allures. Randy Chortkoff speelt een knap stukje mondharmonica
op het toepasselijk getitelde “Rude Groove”, ik denk dat de andere
blueslabels Delta Groove zo wel zullen noemen binnenkort, want één
voor één halen ze alle grote vissen binnen. Kijk maar wat er in
de volgende maanden nog allemaal via deze stal op de wereld losgelaten gaat
worden. Al Blake en Junior Watson zijn ook van de partij en zo komt het totaal
van deze band met de blazerssectie erbij op niet minder dan 20 topmuzikanten.
The Mannish Boys kregen al verscheidene nominaties voor hun vorige drie releases,
maar hopen nu toch op die Blues Foundation Award, iets wat ze inderdaad verdienen.
Randy zei met niets minder tevreden te zijn. Op Howlin Wolf’s “Chocolate
Drop” is Bobby Jones in grote doen, ik ben dan ook benieuwd naar diens
eigen cd binnenkort. De titelsong waar Finis in ware T- Bone stijl zingt over
een “cold hearted woman, who got ice water in her veins” behoort
tot één van de hoogtepunten. Er zijn er echter meerdere “Fine
Looking Woman” bijvoorbeeld, ook grote klasse. Niet minder dan 17 sterke
songs op deze bluesplaat die de sfeer uitstraalt van de vroegere bluesrevues
zoals Johnny Otis of Ike Turner ze vroeger brachten. Zonder twijfel één
van de meest indrukwekkende bluesreleases van 2008. Deze” Lowdown Feelin”
had beter “Mighty Good Feeling!” geheten.
(RON)